Pagina 1
Centrifugaalstrooiers ZA-M prem Bedieningshandleiding MG 614 Voor in gebruik nemen de DB 551.1 (NL) 11.00 bedieningshandleiding Printed in Germany en de veiligheidsadviezen doorlezen en opvolgen !
Pagina 3
De centrifugaalstrooiers AMAZONE ZA-M prem iS , ZA-M nov iS , ZA-M max iS zijn machines uit het omvangrijke productieprogramma van AMAZONE-landbouwmachines en zijn ontwikkeld uit de bekende en beproefde ZA-M Techniek. Deze handleiding geldt voor alle drie type strooiers omdat de toegepaste strooitechniek hetzelfde is.
Hydraulische installatie ..................20 Algemene veiligheids- en ongevallenpreventie voorschriften bij service, in reparatie en onderhoud ..................21 Centrifugaalstrooier AMAZONE ZA-M ............23 Aanbevelingen voor de strooischotels OS 10-12 en OS 10-18 ......25 Het aankoppelen ....................27 Koppelingsas ...................... 27 5.1.1...
Pagina 5
Instellen van de werkbreedte................53 7.5.1 Verstellen van de strooischoepen.................55 7.5.2 Controle van de werkbreedte met mobile teesttbaan (extra uitvoering)....57 Strooien van de perceelranden ................57 7.6.1 Perceelranden strooien met de kantstrooischotel “Tele-Set” ......57 7.6.1.1 Grensstrooien volgens de “milieunorm voor het strooien van kunstmest” ..57 7.6.1.2 Kantstrooien naast eigen, of op dezelfde wijze te behandelen percelen ...
Conformiteitverklaring De centrifugaalstrooier voldoet aan de eisen van de EG-machinerichtlijn 89/392/EWG en de bijbehorende aanvullende richtlijnen. Inlichtingen over de geluidsontwikkeling De geluidsbelasting op de bestuurdersstoel bedraagt 74 dB(A), gemeten in tijdens wekomstandigheden met gesloten cabine, op oorhoogte van de trekkerbestuurder, met het apparaat OPTAC SLM 5.
Belangrijke aanwijzingen Algemeen gevarensymbool Gebruikt wordt dit veiligheidssymbool in deze handleiding bij alle aanwijzingen voor veilig werken, waarbij dus gevaar voor lijf en leven van personen bestaat. Neem deze adviezen in acht en treedt in deze gevallen extra voorzichtig op. Geef deze veiligheidsaanwijzingen door aan andere gebruikers van deze machine.
Pagina 12
Afb.nr.: MD 095 Verklaring: Voor gebruik nemen bedieningshandleiding en veiligheidsaanwijzingen lezen en in acht nemen! MD 095 Afb.nr.: MD 075 Verklaring: Niet in de nabijheid van de draaiende strooischotels komen! Nooit, machine delen aanraken die zich nog bewegen! Wachten MD 075 totdat ze volledig tot stilstand zijn gekomen! Voor het verwisselen van de strooischotels of instellen van de strooischoepen, de...
Pagina 13
Afb.nr.: MD 079 Verklaring: Gevaar door voortsslingerende kunstmestdeeltjes! Personen buiten het gevarenbereik sturen! MD 079 Afb.nr.: MD 083 Verklaring: Nooit in de draaiende roerspiralen grijpen! MD 083 Afb.nr.: MD 089 Verklaring: Nooit binnen het bereik van een geheven en onbeveiligde last komen! MD 089 Afb.nr.: MD 093 Verklaring:...
Pagina 14
Afb.nr.: 912 297 Beim Scheibenwechsel Scheibenloch ø 8 zur Maschinenmitte. En changeant les disques, orientez le trou pré-percé vers la centre de la machine. Disc change: Hole on disc must face the machine's centre line. Bij omwisselen van de schijven het got naar het midden van de machine draaien.
Pagina 15
Afb.nr.: 912 312 1. Vorderachsentlastung des Schleppers beachten. 2. Rührfinger, Auslauföffnungen und Streuschaufeln sauber und funktionsfähig halten. 1. Veiller à la bonne adhérence de l’essieu avant. 2. Maintenir propres et opérationnels les agitateurs, les orifices d’alimentation et les aubes. 1. Bear in mind front axle weight reduction. 2.
80 tot 95 voor de langere strooischoepen. Doelgericht gebruik De centrifugaalstrooier AMAZONE ZA-M is uitsluitend gebouwd voor de bekende en gebruikelijke landbouwwerkzaamheden en is geschikt voor het doseren van droge, gegranuleerde en gekristalliseerde kunstmestsoorten, evenals zaaigoed en slakkenkorrels.
Pagina 17
Eigenmachtige veranderingen aan de machine sluiten de aansprakelijkheid van de fabrikant, voor daaruit voortkomende schaden, uit. Ondanks de door ons met zorg gefabriceerde machines, zijn ook bij doelgericht gebruik afwijkingen in de dosering niet uit te sluiten. Dit kan b.v. veroorzaakt worden door: verschillen in samenstelling van de kunstmest en het zaaigoed (b.v.
Algemene veiligheids- en ongevallenpreventie voorschriften Grondregel: Controleer telkens voor het gebruik de strooier en trekker op juiste werking en verkeersveiligheid! 1. Let U, naast de adviezen in deze bedrijfshandleiding, op de algemene voorschriften voor veiligheid en ongevallenpreventie ! 2. De aangebrachte waarschuwings aanwijzingssymbolen geven belangrijke adviezen voor een ongevaarlijk gebruik.
Pagina 19
16. Bedieningskoorden voor snelkoppelingen moeten los hangen en wel zodanig, dat ze niet blijven haken en daardoor in actie komen! 17. Tijdens het rijden de bestuurdersplaats niet verlaten! 18. Rijgedrag, stuur- en remgevoeligheid worden door aangebouwde of aangehangen machines en ballastgewichten beïnvloed. Let daarom op voldoende stuur- en remvermogen! 19.
30. De aanhangerkoppeling aan de strooier dient voor het aankoppelen van werktuigen en twee-assige aanhangers, indien: - de rijsnelheid van max. 25 km/uur niet wordt overschreden - de aanhanger een oplooprem heeft of een reminstallatie, die door de bestuurder van de trekker kan worden bediend.
6. Bij het rijden op de openbare weg met geheven werktuig moet het bedieningshendel vergrendeld zijn om te voorkomen dat de machine zakt ! 7. Machine volgens voorschrift aankoppelen/aanbouwen. Werking van het (aanhangwagen)remsysteem controleren. Voorschriften van de fabrikant in acht nemen! 8.
13. Aftakas altijd uitschakelen, wanneer de kruiskoppelingen te grote hoeken maken , of als hij niet meer nodig is! Aftakas uitschakelen, zodra de doseeropeningen gesloten zijn! 14. Let op! Na het uitschakelen van de aftakas gevaar voor nadraaiende delen door massatraagheid! Gedurende deze tijd niet te dicht bij strooier komen! Pas als hij geheel stil staat mag er aan worden gewerkt!
6. Bij het uitvoeren van elektrische laswerkzaamheden aan de trekker en aangebouwde machine, de draad naar de dynamo en de accu van de trekker losmaken! 7. Vervangende onderdelen moeten minstens aan de door de fabrikant van de strooier vastgelegde technische eisen voldoen! Daarom uitsluitend originele AMAZONE- onderdelen gebruiken!
Centrifugaalstrooier AMAZONE ZA-M De centrifugaalstrooier AMAZONE ZA-M met twee trechterpunten (fig. 4.1/1) is uitgerust met verwisselbare “Omnia-Set” strooischotels (fig. 4.1/2) (bijv. OS 20-28). Deze strooischotels worden in rijrichting gezien, tegengesteld van binnen naar buiten draaiend aangedreven en zijn met een korte (fig. 4.1/3) en een lange strooischoep (fig. 4.1/4) uitgerust.
Aanbevelingen voor de strooischotels OS 10-12 en OS 10-18 De strooischotel OS 10-12 is speciaal ontwikkeld voor gebruikers die, • Rijsporen aanleggen op afstanden van 10 resp. 12 m (fig. 4.3 en 4.4). • Problemen hebben met het kantstrooien. • De meervoudige overlapping door de OS 10-18 niet accepteren.
Pagina 28
Fig. 5.1 a Fig. 5.1 Fig. 5.2 Fig. 5.3 Fig. 5.4...
Het aankoppelen De centrifugaalstrooier aan de achterste hydraulische driepuntsbevestiging van de trekker aankoppelen (hierbij hfdst. 3.1 in acht nemen). Onderste hefarmen van de trekker aan de bevestigingspennen (cat. II) (fig. 5.1/1 of 5.2/1) bevestigen en met een overslagpen borgen. Bij ZA-M max iS de hefpennen in het bovenste gat van de onderste aanspanconsole bevestigen.
Pagina 31
Alvorens de koppelingsas op de aftakas te schuiven eerst de aandrijfas schoonmaken en invetten. smeernippel (fig. 5.4a/1) eruit draaien en koppelingsas (fig. 5.4a/2) opsteken aansluitgaffel (fig. 5.4a/3) met breekbout (fig. 5.4a/4) bevestigen smeernippel (fig. 5.4a/1) weer monteren beschermpijp (fig. 5.4b/1) over de as schuiven en de beschermtrechter (fig. 5.4b/2) in de montagestand draaien borgschroef (fig.
Ter voorkoming van beschadigingen, de aftakas alleen bij laag toerental van de trekkermotor behoedzaam inschakelen! Na het afkoppelen van de centrifugaalstrooier de koppelingsas as in de opvanghaken (fig. 5.1/4 of 5.2/4) leggen. 5.1.2 Uitwijkbare centrale aandrijfkast Ter voorkoming van beschadiging (bij de eerste montage) (bijv. door niet correct aangepaste lengte van de koppelingsas) is de strooier uitgerust met een uitwijkbare centrale aandrijfkast (Fig.
De weg naar het land - transport op openbare wegen Bij het rijden op openbare straten en wegen moeten trekker en machine voldoen aan de wegenverkeersvoorschriften. Volgens de wegenverkeerswet moeten landbouwvoertuigen en -machines voorzien zijn van wegverlichting en waarschuwingsborden. De eigenaar evenals de bestuurder van de machine zijn verantwoordelijk voor het naleven van de regels van het voertuigreglement.
Pagina 35
De transportbreedte van 3 m. mag niet worden overschreden, b.v. bij een rijenstrooi- uitvoering voor de bemesting van maïs (extra uitvoering). Tijdens het rijden over openbare wegen met geheven machine, de bedieningshendels tegen ongecontroleerd zakken, vergrendelen. Bij ondichte stuurventielen en/of langere pauzes, b.v. transportritten, voorkomt het sluiten van de kogelkraan het zelfstandig opengaan van gesloten doseerschuiven (zie hiervoor ook hfdst.
Instellen en in bedrijf stellen van de centrifugaal- strooier Alle instellingen voor de centrifugaalstrooier AMAZONE ZA-M vindt u in de strooitabel. Alle in de handel gebruikelijke kunstmestsoorten worden in de AMAZONE-strooihal afgestrooid en de hieruit verkregen instelgegevens zijn in de strooitabel opgenomen. De kunstmestsoorten die in de strooitabel zijn opgenomen bevonden zich bij het opmaken van de gegevens in goede staat.
(b.v. 80/80) te worden opgeteld. Zo zal bij een gewashoogte van 30 cm - de aanbouwhoogte op 95/95 worden ingesteld. Staat het plantenbestand hoger, dan volgens opgave voor de bijbemesting (hfdst. 7.1.2) instellen. Bij dichte bestanden (koolzaad) de centrifugaalstrooier met de opgegeven aanbouwhoogte (b.v. 80/80) boven het planten- bestand instellen.
Instellen van de Strooihoeveelheid Het in- en verstellen van de strooihoeveelheid uitvoeren met aangekoppelde machine en gesloten schuiven. De gewenste strooihoeveelheid met de beide stelhendels (7.5/1) op de betreffende schuivenstand instellen. De hiervoor benodigde schuivenstand direct in de strooitabel opzoeken of met de rekenschijf vaststellen.
Pagina 42
Voorbeelden uit de strooitabellen Fig. 7.6...
7.2.2 Stand van de doseerschuiven in de strooitabel opzoeken De stand van de doseerschuif wordt bepaald door • de te strooien soort kunstmest • werkbreedte [m] • rijsnelheid [km/uur] • gewenste strooihoeveelheid [kg/ha]. Voorbeeld: Meststof: KAS 27 % N gegranuleerd BASF Werkbreedte: 24 m Rijsnelheid:...
7.2.3 Stand van de doseerschuiven met de rekenschuif vaststellen De rekenschijf is samengesteld uit: Fig. 7.7/... 1 - De buitenste witte schaalverdeling met de strooihoeveelheden [kg/ha] (afgifte). 2 - De binnenste witte schaalverdeling voor de opgevangen hoeveelheid [kg] kunstmest in de afdraai-emmer bij de afdraaiproef (opgevangen hoeveelheid).
De gewenste afgifte 400 kg/ha (7.7/C) opzoeken en hierbij de overeenkomstige stand van de doseerschuiven (positie) 23 (7.7/D) aflezen. De hendel voor de stand van de doseerschuiven (positie) op 23 instellen. Het is aan te bevelen met deze berekende positie een nieuwe afdraaiproef uit te voeren.
Pagina 48
vermenigvuldigings- benodigd gestrooide werkbreedte [m] factor voor de meettraject [m] oppervlakte [ha] totale oppervlakte 9,00 55,50 1/40 10,00 50,00 1/40 12,00 41,60 1/40 15,00 33,30 1/40 16,00 31,25 1/40 18,00 27,75 1/40 20,00 25,00 1/40 21,00 23,80 1/40 24,00 41,60 1/20 27,00 37,00...
7.3.2 Afdraaiproef uitvoeren door het afrijden van een meettraject Voorbeeld: Meststof: KAS 27 % BASF (wit) Werkbreedte: 24 m Rijsnelheid: 10 km/h Strooihoeveelheid: 350 kg/ha Stand doseerschuif volgens strooitabel: In de volgende tabel (7.10) voor 24 m werkbreedte het benodigde meettraject 41,6 m en de vermenigvuldigingsfactor 20 voor de berekening van de strooihoeveelheid, opzoeken.
Pagina 50
B e n o d ig d e t ijd [s e c ] v o o r V e r m e n ig v u ld i- a f r ijd e n v a n d e m e e t s t r o o k b ij B e n o d ig t d e W e r k b r e e d t e g in g s fa k t o r...
Berekening van het benodigde meettraject voor werkbreedten die niet in de tabel zijn vernoemd. Werkbreedte tot 21 m - Factor 40 vereiste meetstrook bij gewenste werkbreedte [m] = werkbreedte [m] Werkbreedte vanaf 24 m - Factor 20 1000 vereiste meetstrook bij gewenste werkbreedte [m] = werkbreedte [m] 7.3.3 Stationaire afdraaiproef...
Pagina 52
Fig. 7.13 Fig. 7.14 Fig. 7.15 Fig. 7.16...
Opgevangen hoeveelheid kunstmest 17,5 kg x verm.factor 20 Strooihoeveelh. = = 350 kg/ha Komen de werkelijk gestrooide hoeveelheid en de gewenste hoeveelheid niet met elkaar overeen, dan de stand van de doseerschuif dienovereen- komstig corrigeren. Eventueel de strooiproef herhalen. Nadat de stand van de doseerschuif voor de linker trechterpunt exact is vastgesteld, de instelhendel van de rechter doseerschuif op dezelfde waarde instellen.
op het land het meettraject exact uitzetten. Begin- en eindpunt van de meetstrook markeren. meettraject van begin- tot eindpunt onder veldomstandigheden exact afrijden, d.w.z. met de gewenste, constante werksnelheid (10 km/uur) en aftakastoerental 540 t/min (indien voor de instelling van de werkbreedte in de strooitabel niets anders is aangegeven). Hierbij de schuif met uitloopgoot aan de zijkant, aan het koord vanuit de trekker precies op het begin van het meettraject volledig openen (tot de aanslag open trekken) en precies op het eindpunt sluiten.
Kunt u de kunstmest niet zonder meer onder een bepaalde soort in de strooitabel vinden, dan kunt u bij de AMAZONE- Kunstmestservice vrijwel direct telefonisch, via e-mail en internet of door het opsturen van een kleine testhoeveelheid kunstmest (3 kg), de adviezen voor het instellen van de strooier opvragen.
7.5.2 Controle van de werkbreedte met mobile testbaan (extra uitvoering) De instelwaarden van de strooitabel zijn richtwaarden, daar zich de strooi-eigenschappen van de kunstmest aan verandering onderhevig zijn. Daarom adviseren wij de ingestelde werkbreedte van de werpstrooier met de mobile testbaan (fig. 7.16) (extra uitvoering) te controleren.
7.6.1.2 Kantstrooien naast eigen, of op dezelfde wijze te behandelen percelen (fig. 7.18) Onder bepaalde omstandigheden (b.v. op eigen, aan elkaar grenzende, op dezelfde wijze te behandelen percelen, behalve oppervlakte water) kan door een andere stand van de schoepen (b.v. voor een grotere afstand tot de perceelgrens) of langere schoepen, een nagenoeg volledige bemesting tot de kant worden bereikt en onderbemesting worden voorkomen.
Pagina 63
Schoepenstand bij afstand van het eerste rijspoor Kunstmestsoort Tele-Set tot de perceelrand [m] b.v. schoep C 49 C 49 D 50 B 47 C 48 KAS-en NPK-soorten gekorreld E 42 E 42 F 46 D 45 E 45 Uittreksel uit de strooitabel TS 5 - 9 1.
7.6.2.1 Bijzonderheden bij het strooien van perceelranden met 5 of 6 m afstand van het eerste rijspoor tot de perceelrand (zie ook hfdst. 4.1) Bij sommige soorten kunstmest moet het aftakastoerental van 540 t/min tot 400 t/min worden gereduceerd, omdat anders de aan de perceelzijde gemonteerde „Omnia-Set“...
De kunstmest wordt zo slechts 1,5 tot 2 m naar de perceelrand toe gestrooid. 7.6.4 Kantstrooien met Limiter M (extra uitvoering) (eerste rijspoor op de halve werkbreedte) Ligt het eerste rijspoor op de halve werkbreedte van de kunstmeststrooier, dan wordt als volgt met het kantstrooischerm Limiter (fig.
Verwisselen van de strooischotels Verwijder de vleugelbout (fig. 7.30/1). Strooischotel dusdanig verdraaien, dat het boorgat van ø 8 mm in de schotel naar het midden van de machine is gericht. Strooischotel van de aandrijfas afnemen. Andere strooischotel bevestigen. Strooischotel door aandraaien van de vleugelbout vastzetten. Bij het monteren, de strooischotels “links”...
Aanbeveling voor het werken op wendakkers Wanneer het eerste rij(spuit)spoor goed is aangelegd, kan exact langs de perceelranden of grenzen worden gewerkt. Bij gebruik van de kantstrooischotel “Tele-Set” wordt het eerste rijspoor (fig. 7.31/T1) in de regel altijd op de halve afstand van de breedte tussen de rijsporen tot de perceelrand aangelegd (hfdst.
Advies voor het strooien van slakkenkorrels (b.v. Mesurol) 1. De centrifugaalstrooiers AMAZONE ZA-M prem iS , nov iS en max iS kunnen in standaarduitvoering ook breedwerpig slakkenkorrels strooien. De slakkenkorrels (b.v. Mesurol) wordt in palletvorm of gelijksoortige korrels geleverd en wordt in relatief kleine hoeveelheden (b.v.3 kg/ha) gedoseerd.
prem iS nov iS max iS Strooischotelpaar OS 10-12 Strooischotelpaar OS 10-18 Strooischotelpaar OS 20-28 Strooischotelpaar OS 30-36 Opzetrand S 500 Opzetrand L 1000 Randstrooischotel TS 5-9 Randstrooischotel TS 10-14 Randstrooischotel TS 15-18 Randstrooischerm Limiter M Mobiele proefstand AMADOS III D AMATRON II met Chipkaart AMATRON II zonder Chipkaart...
Speciale adviezen voor het in bedrijfstellen 1. Let op het maximale laadvermogen! (zie hiervoor hfdst.1.2). 2. De aftakas uitsluitend bij laag toerental van de trekkermotor, inschakelen Bij herhaaldelijk breken van de breekbout, de standaard koppelingsas vervangen door een koppelingsas met slipkoppeling (extra uitvoering) zie hiervoor hfdst. 10.15. 3.
Pagina 75
11. Wordt de machine over langere afstand met volle voorraadtrechter, gesloten doseerschuiven en in uitgeschakelde toestand gereden (Transportritten naar het land), voor met strooien te beginnen, d.w.z. voor het inschakelen van de aftakas, de doseerschuiven volledig openen en vervolgens de aftakas langzaam inschakelenen korte tijd laten strooien.
Reiniging, onderhoud en reparaties De centrifugaalstrooier of de koppelingsas alleen schoonmaken, smeren of afstellen, als de aftakas is uitgeschakeld, de motor stilstaat en de contactsleutels er uit genomen is. Na het uitschakelen van de aftakas gevaar voor nadraaien door de centrifugale massa! Wachten totdat alle draaiende delen tot stilstand zijn gekomen voordat er werkzaamheden aan de machine worden uitgevoerd.
Breekboutbeveiling voor aftakas- en roeras aandrijving 1. De los meegeleverde bouten 8 x 30, DIN 931, 8.8 zijn extra breekbouten voor bevestiging van de aftakasgaffel aan de flens van de ingaande aandrijfas. De aftakas altijd met vet op de ingaande as van de aandrijfkast monteren. 2.
Controle basisafstelling van de doseeropeningen De door de doseerschuif vrijgegeven doorsnede van de doorlaatopening (fig. 9.5/1) bij de schuifinstelling “8” is op de fabriek met een mal (pen van Ø 12 mm)(fig. 9.5/2) ingesteld. Deze instelling is de basisinstelling van de doseerschuiven. Mocht bij dezelfde stand van de doseerhendels de beide trechterpunten ongelijkmatig leeg gaan, dan is de basisinstelling van de doseerschuiven als volgt controleren: Bij bediening van de schuiven niet in de doorlaatopening grijpen! Gevaar...
10.0 Extra uitvoeringen 10.1 Strooischotels “Omnia-Set” zie ook hfdst. 7.5 10.1.1 Strooischotel-paar “Omnia-Set” OS 10-12 Voor werkbreedten en rijspoorafstanden van10 tot 12 m. Bestelnr.: 913 925 10.1.2 Strooischotel-paar “Omnia-Set” OS 10-18 Voor werkbreedten en rijspoorafstanden van10 tot 18 m (fig. 10.1). Bestelnr.: 922 800 10.1.3 Strooischotel-paar “Omnia-Set”...
10.3.2 Kantstrooischotel “Tele-Set” TS 10-14 Voor afstanden van 10 - 14 m tot de perceelrand (gemeten vanaf het midden van de trekker), instelbaar voor verschillende rijspoorsystemen en verschillende kunstmestsoorten. Links gemonteerd (Normaal) (fig. 10.5); Bestelnr.: 912 732 Rechts gemonteerd (speciaal); Bestelnr.: 912 739 10.3.3 Kantstrooischotel “Tele-Set”...
10.5 Kantstrooiplaat Voor het strooien van perceelgrenzen wanneer het midden van het eerste rijspoor op 1,5 tot 2,0 m vanaf de perceelrand ligt. Zie hiervoor ook hfdst. 7.4.3. 10.5.1 Kantstrooiplaat, eenzijdig. Links: voor links kantstrooien;(fig. 10.10); Bestelnr.: 173 301 Rechts: voor rechts kantstrooien Bestelnr.: 174 301 10.5.2 Kantstrooiplaat, dubbelzijdig (fig.
Past zowel op trechter opzetrand S 500, als op de basismachine. Bestelnr.: 922 909 10.10.2 Opklapbaar afdekkleed L Past op trechter opzetrand L 1000. Bestelnr.: 115 800 10.11 Verlichting voor AMAZONE-aanbouwmachines De verlichtingsset is ook later aan te bouwen en in te stellen op verschillende machinebreedten (tot 3m).
10.11.1 Complete verlichtingsset “achter” De verlichtingset “achter” (fig. 10.17) wordt aan de ophangbeugel aan de achterwand van de trechter gemonteerd. Deze bestaat uit: lichtencombinatie rechts en links; gevarendriehoeken volgens DIN 11030; nummerplaathouder en aansluitkabel. Bestelnr.: 916 253 10.11.2 Complete verlichtingsset “voor” De lichtinstallatie “voor”...
10.13 Driewegeenheid De driewegeenheid (fig. 10.21) is noodzakelijk voor gescheiden hydraulische bediening van de schuiven en de bediening van de Limiter M bij trekkers met slechts één enkelwerkend stuurventiel. Bestelnr.: 922 320 10.14 Mobiele veldtestset voor controle van de breedteverdeling Zie hiervoor hfdst.
Demontage De contramoer (fig. 10.22/1) in aansluitgaffel van de slipkoppeling, losdraaien. Draadstift (fig. 10.22/2) eruit draaien. Met een platte staaf de aansluitgaffel langs de achterzijde door de opening in achterkant van de beschermkap (aan de onderkant van de trechter) van de ingaande as van de aandrijfkast slaan.
10.19 Rijenstrooi-inrichting (Fig. 10.23) De AMAZONE-ZA-M kan, als nalevering, met 4-, 6- of 8 rijige strooi-inrichting worden uitgerust voor het “onder het blad bemesten”, speciaal voor maïs (is echter niet mogelijk in combinatie met het transportstel). De rijenafstand is naar keuze tot 80 cm instelbaar. De dosering van de kunstmest gaat via de strooier.
Pagina 98
Tel.: ++ 49 (0) 5405 501-0 D-49202 Hasbergen-Gaste Telefax: ++ 49 (0) 5405 50 11 93 Duitsland e-mail: amazone@amazone.de http//: www.amazone.de Filialen: D-27794 Hude • F-57602 Forbach Vestigingen in Engeland en Frankrijk Fabrieken voor kunstmeststrooiers, zaaimachines, grondbewerkingsmachines, sproeimachines, transporttanken, kunstmestsilo's en transportsystemen hiervoor...