Rempedalen
Twee pedalen (Fig. 14) bedienen de afzonderlijke remmen
op de wielen ter ondersteuning van het draaien, voor het
parkeren en ten behoeve van een betere tractie bij het rijden
op hellingen. Een vergrendeling koppelt de pedalen als
parkeerrem en voor transport.
Borgpen
Om de parkeerrem in werking te stellen, koppelt u de
pedalen met de borgpen (Fig. 14).
1
2
Figuur 14
1. Rempedalen
2. Borgpen
Vergrendeling parkeerrem
Een knop links van het bedieningspaneel activeert de
vergrendeling van de parkeerrem (Fig. 14). Om de
parkeerrem in werking te stellen, koppelt u de pedalen met
de borgpen strapt u beide pedalen in en trekt u de
vergrendeling voor de parkeerrem uit. Om de parkeerrem
uit te schakelen, trapt u beide pedalen in totdat de
vergrendeling van de parkeerrem wordt ingetrokken.
Gashendel
Zet de hendel (Fig. 15) naar voren om de motorsnelheid te
verhogen en naar achteren om de snelheid te verlagen.
Hefhendel
Met deze hendels (Fig. 15) kunt u de maaidekken opheffen
en neerlaten.
3
3. Vergrendeling parkeerrem
22
Urenteller
De urenteller (Fig. 15) geeft aan hoeveel uren de machine
in totaal in bedrijf is geweest.
Temperatuurmeter motorkoelvloeistof
Deze meter (Fig. 15) geeft de temperatuur van de
motorkoelvloeistof aan.
Aftakasschakelaar
De aftakasschakelaar (Fig. 15) heeft twee standen: Aan
(inschakelen,) en Uit (uitschakelen). Duw de
aftakasschakelaar naar voren op Aan om het werktuig of de
messen van het maaidek te starten. Duw de schakelaar naar
achteren op Uit om de werktuigen uit te schakelen.
Hi-Lo-toerentalregelaar
Met deze schakelaar (Fig. 15) kunt u het toerentalbereik
vergroten voor het transport van de machine. De
maaidekken zullen niet werken in het hoge toerentalbereik.
2
2
1
2
Figuur 15
1. Gashendel
2. Hefhendel
3. Urenteller
4. Temperatuurmeter
motorkoelvloeistof
Aansluitpunt
Het aansluitpunt (Fig. 15) dient voor de aansluiting van
optionele 12 V elektrische accessoires.
4
3
7
5
6
5. Aftakasschakelaar
6. Hi–Lo-snelheidsregelaar
7. Aansluitpunt