Inhoudsopgave
Advertenties
D
E VERMOGENSKALIBRATIE VAN DE LASERCONSOLE CONTROLEREN
1. Zorg dat al het personeel in de behandelkamer de juiste laserveiligheidsbril draagt.
2. Sluit een schoon en goed werkend IRIDEX-afgifteapparaat of testvezel aan.
OPMERKING: Als een G-Probe, MP3-apparaat of ander apparaat met een kogelvormige tip wordt
gebruikt voor de uitvoering van deze tests, dompelt u de distale tip (uitgang) onder in een
transparante glazen container met gedeïoniseerd water tot op een diepte van 5-10 mm
(een laboratoriumbeker of Petri-schaaltje is daarvoor geschikt). Anders geeft dit
foutieve waarden.
3.
Richt de richtbundel op de sensor van de vermogensmeter. Meetapparatuur moet meerdere watt van continu
optisch vermogen kunnen meten. Plaats apparaten, waarbij de tip is ondergedompeld in water, rechtstreeks
boven de naar boven gerichte sensor van de vermogensmeter. Richt de richtbundel door de onderkant van
de container op de sensor van de meter.
LET OP:
Een lichtvlekgrootte met een diameter van minder dan 3 mm kan de sensor van de
vermogensmeter beschadigen.
4.
Stel de duur van de laser in op 3000 ms en het interval op een enkele puls wanneer een CW-afgifteapparaat
is aangesloten. Stel de duur in op 3000 ms, het interval op een enkele puls, de duur van de MicroPulse op
1,0 ms en het interval van de MicroPulse op 1,0 ms (50% werktijd) wanneer een MicroPulse-
afgifteapparaat is aangesloten.
5. Stel het laservermogen in op 200 mW.
6. Zet de laser in de modus Treat (Behandelen).
7. Richt de richtbundel van het IRIDEX-afgifteapparaat in op de vermogenssensor, waarbij u zich aan de
instructies van de vermogensmeter voor bemonstering van het laservermogen houdt.
8. Activeer de voetschakelaar om de behandelingsbundel af te geven. Het vermogen dat de meter meet, dient
te stabiliseren vóór het einde van de ingestelde blootstellingsduur. Als dat niet zo is, verhoog dan de duur.
Noteer de waarde van de gestabiliseerde vermogensmeter in onderstaande tabel. Deze waarde geeft het
gemiddelde, door het apparaat afgegeven vermogen.
9. Stel het vermogen in op 500 mW, activeer de voetschakelaar om de behandelingsbundel af te geven en
noteer de waarde.
10. Stel het vermogen in op 1000 mW, activeer de voetschakelaar om de behandelingsbundel af te geven en
noteer de waarde.
11. Stel het vermogen in op 2000 mW, activeer de voetschakelaar om de behandelingsbundel af te geven en
noteer de waarde.
12. Wanneer u CW-apparaten gebruikt, zijn waarden tussen 80% en 120% van het weergegeven vermogen
aanvaardbaar. Wanneer u MicroPulse-apparaten gebruikt, zijn waarden tussen 40% en 60% van het
weergegeven vermogen aanvaardbaar (aangezien de werktijd voor de laser van MicroPulse met
gebruikmaking van de instellingen hierboven 50% is). Als de waarden buiten deze aanvaardbare bereiken
vallen, controleert u de vermogensmeter, zorgt u dat u de bundel precies op het detectieoppervlak van de
vermogensmeter hebt gericht en controleert u de waarden opnieuw met een ander IRIDEX-afgifteapparaat.
13. Als de waarden nog steeds buiten de aanvaardbare bereiken vallen, neemt u contact op met uw plaatselijke
vertegenwoordiger van de technische ondersteuning van IRIDEX.
28 Gebruikershandleiding IRIDEX Cyclo G6
:
™
lasersysteem
66294-NL Rev D
Advertenties
Inhoudsopgave
