5 Installatie
5.2
Installatie doorspoelen
5.3
Aansluiten van water en gas
Afb.20
Aansluiten
5.4
Aansluitingen van de luchttoevoer/rookgasafvoer
5.4.1
Aansluiting rookgasafvoer en luchttoevoer
Afb.21
Aansluiten rookgasafvoer en
luchttoevoer
24
EMC-S
De installatie moet worden uitgevoerd volgens de geldende wettelijke
voorschriften, de regels van goed vakmanschap en de aanbevelingen in
deze handleiding.
Voordat er een nieuwe ketel op een installatie kan worden aangesloten,
moet de gehele installatie grondig worden gereinigd en doorgespoeld.
Hierdoor worden resten van het installeren (lasslakken,
bevestigingsmiddelen enz.) en opgehoopt vuil (slib, slijk enz.) verwijderd
Belangrijk
Spoel de CV-installatie door met minimaal drie keer de inhoud
van de installatie.
Spoel de sanitair-warmwaterleidingen door met minimaal 20
keer de inhoud van de leidingen.
Belangrijk
Houd bij het monteren van de leidingen rekening met het plaatsen
en verwijderen van de sifon. Houd minimaal 250 mm afstand van
de ketel voor het maken van bochten of plaatsen van kranen.
1. Sluit het verwarmingscircuit aan:
1.1. Monteer de ingaande leiding voor CV-water op de aansluiting
retour CV
1.2. Monteer de uitgaande leiding voor CV-water op de aansluiting
aanvoer CV
5 0
≥ 2
2. Sluit het secundaire verwarmingscircuit aan:
2.1. Monteer de ingaande leiding voor CV-water op de aansluiting
retour CV
2.2. Monteer de uitgaande leiding voor CV-water op de aansluiting
aanvoer CV
3. Sluit het tapwatercircuit aan:
3.1. Sluit de koudwater toevoerleiding aan op de sanitair-
koudwateraansluiting
3.2. Monteer de uitgaande leiding voor sanitair warm water op de
AD-3001228-02
aansluiting sanitair warm
4. Monteer de gasaanvoerleiding op de gasaansluiting
5. Sluit de condensatie-afvoerleiding aan:
5.1. Monteer de afvoerslang van de sifon
5.2.
Monteer de afvoerslang van het overdrukventiel .
S Insteekdiepte 30 mm
Opgelet
De leidingen mogen niet steunen op de ketel.
Houd bij het meten van de lengte van de pijp rekening met de
insteekdiepte alvorens te snijden.
Monteer de horizontale delen aflopend richting de ketel, met
een minimale helling van 50 mm per meter.
1. Monteer de rookgasafvoerleiding en luchttoevoerleiding op de ketel.
2. Monteer de opvolgende rookgasafvoerleidingen en
luchttoevoerleidingen volgens de voorschriften van de fabrikant.
AD-3001224-01
.
.
.
.
.
.
.
.
7717606 - v.03 - 21072021