UITGAVE 06/2011
GEBRUIKSAANWIJZING
Storing
Stofontwikkeling boven het vat
c.q. de poedercontainer
Slechte bedekking; terugspuiten
Geen poederuitstoot
De aanvoereenheid zakt niet in
het poeder
BESTELNUMMER DOC 2310768
Oorzaak
De hoeveelheid fluïdelucht is te
●
groot.
De (smoor)klep op de
●
fluïdeluchtaansluiting van de
besturing is niet aangesloten.
Onvoldoende aarding.
●
Het vat c.q. de poedercontainer
●
is leeg.
Het spuitpistool is verstopt.
●
De poederaanvoerslang is
●
verstopt.
Het poederaanzuigsysteem in
●
de poedercontainer is verstopt.
De transportluchtslang is
●
geknikt.
De poederaanvoerslang is
●
geknikt.
De geleiding van de opname
●
van de aanvoereenheid klemt.
Prima
Sprint.
Oplossing
De hoeveelheid fluïdelucht met
●
de klep reduceren.
De klep aansluiten op de
●
fluïdelucht-aansluiting van de
besturing en de hoeveelheid
fluïdelucht opnieuw instellen.
Zorg voor een goede aarding
●
van alle componenten,
zie hoofdstuk 5.8 "Aarding".
Poeder bijvullen.
●
Het spuitpistool doorblazen.
●
De poederaanvoerslang
●
doorblazen.
Het poederaanzuigsysteem
●
doorblazen.
De transportluchtslang
●
rechtbuigen c.q. vervangen.
De poederaanvoerslang
●
rechtbuigen c.q. vervangen.
De geleiding gangbaar maken.
●
76