13 Speciale vereisten voor R32-units
details over de verschillende standen van de afstandsbediening
en de instelling ervan, zie de opmerking hierna of de bij de
afstandsbediening
geleverde
gebruiksaanwijzing.
4 Voor gebouwen met slaapfaciliteiten (bv. hotels), gebouwen
waar personen beperkt worden in hun bewegingen (bv.
ziekenhuizen), waar een onbepaald aantal personen aanwezig
is of waar mensen niet op de hoogte zijn van de
voorzorgsmaatregelen voor de veiligheid, is de installatie van
een van de volgende apparaten op een plaats met 24-uurs
bewaking verplicht:
▪ een supervisor-afstandsbediening
▪ of een gecentraliseerde controller. Bijv. iTM met extern
alarm via WAGO-module, iTM met ingebouwd alarm, ...
Opmerking: Afstandsbedieningen met een ingebouwd alarm
produceren een zichtbaar en hoorbaar alarm. BRC1H52/82*-
afstandsbedieningen kunnen bijvoorbeeld een alarm van 65 dB
(geluidsdruk, gemeten op 1 meter van het alarm) produceren.
Geluidsdata beschikbaar in de technische data sheet van de
afstandsbediening. Het alarm moet altijd 15 dB luider zijn dan het
achtergrondgeluid van de kamer.
In de volgende gevallen MOET een lokaal voorzien extern alarm met
een geluidsvermogen dat 15 dB luider is dan het achtergrondgeluid
van de kamer worden geïnstalleerd:
▪ Het geluidsvermogen van de afstandsbediening volstaat mogelijk
niet voor het verschil van 15 dB. Dit alarm kan op het SVS-
outputkanaal van de buitenunit of de SV-unit, of op de optionele
output-printplaat van de binnenunit van die specifieke kamer
worden aangesloten. De SVS van de buitenunit wordt geactiveerd
bij elk R32-lek in het volledige systeem. Bij SV-units en
binnenunits wordt SVS alleen geactiveerd wanneer de eigen R32-
sensor een lek detecteert. Voor meer informatie over het SVS-
outputsignaal, zie
"17.9 Externe outputs
▪ Een gecentraliseerde controller zonder ingebouwd alarm wordt
gebruikt, of het geluidsvermogen van de gecentraliseerde
controller met ingebouwd alarm volstaat mogelijk niet voor het
verschil van 15 dB. Raadpleeg de montagehandleiding van
gecentraliseerde controller voor de juiste procedure voor de
installatie van het externe alarm.
Opmerking:
Afhankelijk
van
afstandsbediening in een van drie standen worden gebruikt. Elke
stand biedt verschillende functies van de afstandsbediening. Zie de
uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker van de
afstandsbediening voor gedetailleerde informatie over het instellen
van de bedrijfsstand van de afstandsbediening en de functie.
Stand
Functie
Volledig functioneel
De afstandsbediening is volledig functioneel.
Alle normale functionaliteit is beschikbaar.
Deze controller kan master of slave zijn.
Alleen alarm
De controller werkt alleen als een lekdetectie-
alarm (voor één binnenunit). Geen
functionaliteit beschikbaar. De
afstandsbediening moet altijd in dezelfde
kamer als de binnenunit worden geplaatst.
Deze controller kan master of slave zijn.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
24
montagehandleiding
en
aansluiten" [ 4 47].
de
configuratie,
kan
de
Stand
Functie
Supervisor
De controller werkt alleen als een lekdetectie-
alarm (voor het volledige systeem, d.w.z.
meerdere binnenunits en de respectievelijke
controllers). Er is geen andere functionaliteit
beschikbaar. De afstandsbediening moet op
een locatie onder supervisie worden
geplaatst. Deze afstandsbediening kan
alleen slave zijn.
Opmerking: Om een supervisor-
afstandsbediening aan het systeem toe te
voegen, moet een lokale instelling op de
afstandsbediening en de buitenunit worden
ingesteld. Binnenunits en SV-units moeten
een adresnummer krijgen.
Opmerking: Verkeerd gebruik van een afstandsbediening kan een
foutcode veroorzaken, een systeem dat niet werkt of een systeem
dat niet conform de geldende wetgeving is.
Opmerking: Sommige gecentraliseerde controllers kunnen ook
worden gebruikt als supervisor-afstandsbediening. Voor meer
informatie over de installatie, zie de montagehandleiding van de
gecentraliseerde controllers.
Voorbeeld
Een
afstandsbediening
geïnstalleerd
supervisie.
▪ In kamer: master-afstandsbediening in volledige functionele
stand OF in stand alleen alarm.
▪ In supervisor-kamer: supervisor-afstandsbediening
a
b
c
c
d
a
Buitenunit
b
SV unit
c
Binnenunit
d
Afstandsbediening compatibel met R32-
veiligheidssysteem
e
Afstandsbediening in supervisor-stand
f
Supervisor-kamer
13.4.3
Natuurlijke ventilatie
Natuurlijke ventilatie is een veiligheidsmaatregel waarbij wordt
geventileerd naar een plaats met voldoende lucht om het gelekte
koelmiddel te verdunnen zoals een grote ruimte.
De veiligheidsmaatregel natuurlijke ventilatie kan worden toegepast
door de onderstaande stappen toe te passen:
Stap 1 – Bepaal de totale kameroppervlakte, dit is de totale
oppervlakte van de ruimte met natuurlijke ventilatie en de ruimte
waarin de binnenunit is geïnstalleerd:
De respectievelijke kameroppervlakte kan worden bepaald door de
muren, deuren en scheidingen op de vloer te projecteren en de
ingesloten oppervlakte te berekenen. Ruimten die alleen verbonden
worden door een verlaagd plafond, kanaalwerk of dergelijke worden
niet als één ruimte beschouwd.
Stap 2 – Bepaal de totale hoeveelheid koelmiddel aan de hand van
de onderstaande grafiek of tabel:
op
een
locatie
onder
f
d
e
RYMA5+RXYA8~20A7Y1B
VRV 5 warmtepomp
4P739915-1 – 2023.12