G005062
Figuur 22
1. Schacht van
bedieningsarm
2. Rijhendel
3. Stel vervolgens ook de andere rijhendels af.
Hoek van rijhendels verstellen
De hoek van de rijhendels kan worden versteld volgens
de wensen van de bestuurder.
1. Verwijder de bovenste bout waarmee de rijhendels
is bevestigd aan de schacht van de bedieningsarm.
2. Draai de onderste bout los totdat u de rijhendels
naar voren of naar achteren kunt bewegen
(Figuur 22). Draai de moeren aan om de rijhendels
vast te zetten in de nieuwe stand.
3. Stel vervolgens ook de andere rijhendels af.
Machine met de hand duwen
Belangrijk: U moet de machine altijd met de
hand duwen. Slepen kan schade aan de machine
veroorzaken.
De machine duwen
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak
en schakel de aftakas uit.
2. Zet de rijhendels naar buiten in de parkeerstand,
schakel de motor uit, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurdersstoel verlaat.
3. Ga naar de omloophendels op de achterkant van de
machine, op de linker- en rechterkant van het frame.
1
2
3
4
3. Bovenste opening, met
sleuf
4. Bout
4. Beweeg de omloophendels naar achteren en
vervolgens omlaag om ze vast te zetten zoals
getoond in Figuur 23 om de wielmotoren af te
zetten. Herhaal deze procedure aan beide zijden
van de machine.
5. Zet de rijhendels in de vergrendelde neutraalstand.
U kunt de machine nu met de hand duwen.
Rechterkant getoond
1. Plaats van omloophendel
2. Duwstand van hendel
Gebruik van de machine
Beweeg de omloophendels omhoog en duw deze
naar voren naar het midden van de horizontale sleuf
(Figuur 23) om de wielmotoren in te schakelen.
22
Figuur 23
3. Hendel in gebruikstand