Nederlands
Pistonmembraan
Plaats het pistonmembraan met de opening
omlaag op een inspuitstuk.
Uitlaatpoort
A
Plaats de uitlaatpoort (A) op een inspuitstuk.
22
Deksel beademingsapparaat
C
1 Sluit de deksel van het beademingsapparaat
(A) aan op de slang (B).
2 Sluit het andere uiteinde van de slang aan op
een geschikt mondstuk (C) op het
beladingssysteem.
Klaarmaken voor hergebruik Fabius-serie
B
A