Nullast
Nullast door overdruk:
stoplimiet pomp
Nullast:
afschakelvertraging pomp
Nullast:
herstartlimiet pomp
Nullast door overdr.:
stoplimiet pomp
105 %
Nullast:
afschakelvertraging pomp
30 s
Nullast:
herstartlimiet pomp
95 %
9.3
Pomp uitschakelen
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Drive for Wilo-Helix2.0-VE / Wilo-Medana CH3-LE • Ed.02/2023-03
•
Nullast door overdruk: AAN/UIT.
Na bevestiging van het menupunt „Nullast door overdruk" kunt u kiezen tussen uit- en
inschakelen.
Wanneer „AAN" is geselecteerd, verschijnen de menupunten
–
„Nullast door overdruk: stoplimiet pomp"
–
„Nullast: afschakelvertraging pomp"
–
„Nullast: herstartlimiet pomp"
Hier kunnen de drukdrempel voor het stoppen van de pomp, de vertragingstijd voor het
stoppen van de pomp en de drukdrempel voor het herstarten van de pomp worden inge-
steld.
LET OP
De functie „Nullast door overdruk" stopt de pomp als de pompdruk een in-
stelbare drukdrempel overschrijdt en start deze opnieuw wanneer er door-
stroming wordt gevraagd. De functie is nuttig om installatiestress door
onnodig hoge drukken te voorkomen en bij toepassingen met een groot
membraanexpansievat.
De drukdrempel voor het uitschakelen kan worden ingesteld in het menu-
punt „Nullast door overdruk: pompstoplimiet". Als deze drukdrempel
wordt overschreden, wordt de pomp uitgeschakeld na een in het menu-
punt „Nullast: pompstopvertraging" ingestelde tijd.
De drukdrempel voor het herstarten van de pomp kan worden ingesteld in
het menupunt „Nullast: herstartlimiet pomp". Wanneer de druk onder de
grenswaarde ligt, start de pomp opnieuw.
De functie „Nullasttest" (zie boven) verandert cyclisch de druk voor het
testproces. Om wisselwerkingen met de functie „Nullasttest" te voorko-
men, wordt de functie „Nullast door overdruk" tijdelijk gewijzigd tijdens de
drukwijzigingsfasen. De drukwaarden kunnen de geconfigureerde druk-
drempels licht overschrijden.
Selectie in het menu 'Instellingen'
1.
Regelingsinstellingen
2.
'Pomp AAN/UIT'
De pomp kan worden in- en uitgeschakeld.
nl
49