Inhoudsopgave
Advertenties
M12 – Motor start
Bedrijfssituatie van de bougies
Normal = de uitgang van de bougies wordt vóór
de start voor de ingestelde duur onder spanning
P12.15
gezet. +start = de uitgang van de bougies blijft
ook tijdens de startfase geactiveerd. +cycle = de
uitgang van de bougies blijft tijdens de gehele
startcyclus geactiveerd
Bedrijfssituatie van de stop-magneet
Normal = de uitgang van de stop-magneet wordt
tijdens de stop-fase geactiveerd en nadat de ei-
genlijke motorstop voor de ingestelde tijd is ver-
lengd. Pulse = de uitgang van de stop-magneet
blijft enkel tijdens een tijdgestuurde impuls geac-
P12.16
tiveerd. No pause = tijdens de pauze tussen een
start en de volgende start wordt de uitgang van
de stop-magneet niet geactiveerd. Tijdens de
stop-fase blijft de uitgang van de stop-magneet
geactiveerd, totdat de ingestelde tijd verstreken
is
M14 – Onderhoud
(MNTn, n=1 ... 3)
Onderhoudsinterval
P14.n.01
Teller voor onderhoudsuren
P14.n.02
Let op: Dit menu is verdeeld in 3 delen, die op de 3 onafhankelijke onderhoudsintervallen MNT1 ... MNT3 betrekking hebben.
P08.n.01 – Bepaalt de geplande onderhoudstijd, in uren. Indien op "OFF" gezet, is deze onderhoudsinterval gedeactiveerd. P08.n.02 –
Bepaalt hoe de voor het specifieke onderhoudsinterval verstreken tijd moet worden geteld: Totaal aantal uren = de daadwerkelijke tijd
die sinds de datum van het laatste onderhoud is verstreken. Pompuren = de bedrijfsuren van de pomp.
10.4
Overzicht van de alarmen
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-SiFire FIRST
Schakelkast van de dieselpomp
Eenheid
Eenheid
H
Aan elk alarm, inclusief de gebruikersalarmen, kunnen verschillende eigenschappen
worden toegewezen:
ƒ
Alarm enabled (alarm geactiveerd) – Algemeen alarm geactiveerd. Als een alarm niet
geactiveerd is, is de toestand hetzelfde alsof het alarm niet zou bestaan.
ƒ
Retentive alarm (alarm behouden) – Het alarm blijft ook opgeslagen als de oorzaak
voor het alarm verholpen is, totdat het handmatig door een bediener wordt uitge-
schakeld.
ƒ
Global alarm (globaal alarm) – Activeert de uitgang die aan deze functie is toegewe-
zen.
ƒ
Alarm type A (alarm type A) – Activeert de uitgang die aan deze functie is toegewe-
zen.
ƒ
Alarm type B (alarm type B) – Activeert de uitgang die aan deze functie is toegewe-
zen.
ƒ
Siren (sirene) – Activeert de uitgang die aan deze functie is toegewezen met de in
menu M06 "Audible alarms" vastgestelde modi.
ƒ
Repeat 4h (herhalen 4u) – Als de sirene is uitgeschakeld, maar het alarm na 4 uur
nog actief is, wordt het akoestische alarm opnieuw geactiveerd.
ƒ
Repeat 24h (herhalen 24u) – Als de sirene is uitgeschakeld, maar het alarm na 24 uur
nog actief is, wordt het akoestische alarm opnieuw geactiveerd.
ƒ
Motor started (motor gestart) – Het alarm is enkel bij een gestarte motor geacti-
veerd.
ƒ
Inhibit (onderdrukken) – Het alarm kan korte tijd worden gedeactiveerd door een
programmeerbare ingang met de alarmfunctie Onderdrukken te activeren.
ƒ
Modem – Er wordt een modemverbinding met de in de betreffende setup-dataset
voorziene modi opgebouwd.
ƒ
No LCD (geen LCD) – Het alarm wordt standaard aangestuurd, maar niet op het dis-
play getoond.
Standaard
Bereik
Normal
Normal
+start
+cycle
No pause
Normal
Impulse
No pause
Standaard
Bereik
720
1 – 9999
Totaal aantal uren
Totaal aantal uren/pom-
puren
nl
67
Advertenties
Inhoudsopgave
