Montagehandleiding ECblue
Informatie
Let op voldoende inschroeflengte in de motorflens.
•
•
Het uisteken van de schroeven van max. 3 mm is toegestaan.
Elke schroef is weer verschillend. Het daarop afgestemde aanhaalmoment moet door
•
schroefpogingen worden bepaald.
•
Bij een verticale motoras moet het eronder liggende condenswaterafvoergat geopend zijn.
•
Ventilator-aansluitkabel met kabelbindmiddelen of kabelbevestigingsbeugels bevestigen.
Opgelet!
Niet gespannen inbouwen. Montagevlakken moeten egaal zijn.
4.6.2
ZAplus-ventilatoren
Bij de montage van ZAplus ventilatoren moet op een kunststofgerechte schroefverbinding worden
gelet.
Aanbevolen aanhaalmomenten M
ZAplus grootte (type: ZC.., ZG.., ZN.., ZF..)
Draadgrootte
Sterkteklasse 8.8, wrijvingswaarde µges = 0,12
Aanhaalmoment schroefverbinding beschermrooster tegen aanraken: 6 Nm
Informatie
Omdat de concrete schroefverbinding naar gelang het apparaat van de klant varieert, moeten deze
•
aanbevelingen aan hand van de desbetreffende situatie worden gecontroleerd.
•
De kabelafdekking moet na aansluiting van de motor met 2 kabelbinders tegen verliezen worden
beveiligd.
Bij een uitvoering et een kwadratische achterwand (bouwvorm Q) is een demontage van deze
•
kwadratische kunststof plaat niet toegestaan.
4.7
Montage van radiaalventilatoren
4.7.1
Montage van radiale ventilatoren bouwvorm RE, RH, RZ
Voor de bevestiging aan de vaststaande motorflens schroeven van sterkteklasse 8.8 overeenkomstig
EN ISO 4014 gebruiken en van geschikte schroefbeveiliging voorzien.
Toelaatbare aanhaalmomenten M
Draadgrootte
Sterkteklasse 8.8, wrijvingswaarde µges = 0,12
Inschroeflengte
Bij gebruik van schroeven met andere wrijfwaarden of vastheidsklassen kunnen afwijkende
aanhaalmomenten nodig zijn.
Montage van radiaalventilatoren bouwvorm RZ
L-BAL-F055D-NL 2021/51 Index 006
Er is een minimumkopspleet"A" van 2,5 mm op alle in-
bouwplaatsen, in het bijzonder echter op inbouwplaats "H"
(motoras horizontaal), nodig. Spanning door oneffen on-
dergrond kan door aanlopen van het loopwiel tot uitval van
de ventilator leiden.
bij gebruik van vlakke bevestigingsschijven conform EN ISO 7089 of DIN125
A
A
Art.-nr.
13/56
040
045 - 063
M8
M10
12 Nm
24 Nm
Montage
> 071
M12
40 Nm
M6
9,5 Nm
≥ 1,5 x d