●
3 Selecteer een adres/
bestemming.
Als u [E-mail] of [PC] selecteert, geeft u het adres
of de bestemming op voor de gescande gegevens.
• Als u [Console] selecteert, hoeft u de
bestemming niet op te geven. De gescande
gegevens worden opgeslagen op de interne
harde schijf van deze machine.
■ Wanneer u [E-mail] heeft
geselecteerd
U kunt de gescande gegevens koppelen aan e-
mailberichten en ze verzenden.
1
Druk op [Adres].
Het scherm [Adres] wordt weergegeven.
2
Selecteer een adres in het [E-
mailadresboek].
Index
Het geselecteerde adres verschijnt in
[Geselecteerd].
• U kunt de index aanraken om de lijst met
adressen die geregistreerd zijn in het adres-
boek, te beperken.
3
Druk op [OK].
Overzicht van scanhandelingen
• Om naar een adres te verzenden dat niet
wordt weergegeven in [E-mailadresboek],
raakt u [Rechtst inv] aan om een nieuw
adres te registreren.
• Om een adres te verwijderen uit
[Geselecteerd], kunt u alle adressen wissen
door [Al. wiss.] aan te raken of door het
adres te selecteren dat u wilt verwijderden
en vervolgens [Wissen] aan te raken.
• Raak [Afzender] aan om het [Afzender]-
scherm te openen en de naam van de
afzender op te geven.
■ Wanneer u [PC] heeft geselecteerd
De gescande gegevens worden opgeslagen op een
computer in het netwerk.
1
Druk op [Bestemming].
Het scherm [Bestemming] wordt weergegeven.
2
Selecteer een bestemming in het
[Pc-adresboek].
Index
De geselecteerde bestemming verschijnt in
[Geselecteerd].
• U kunt de index aanraken om de lijst met
bestemmingen die geregistreerd zijn in het
adresboek, te beperken.
3
Druk op [OK].
• Om gegevens op te slaan op een computer
die niet vermeld is in [Pc-adresboek], neemt
u contact op met uw beheerder.
• Raak [Rechtst inv] aan om een nieuwe
bestemming te registreren. Voor meer
informatie over de bestemmingsserver
neemt u contact op met uw beheerder.
ComColor FW serie Gebruikershandleiding
2
2-3