Baardvorming bij lage snelheid ontstaat wanneer de snijsnelheid van de toorts te laag is en de boog vooruit hoekt.
In dit geval vormt zich een zware, bubbelachtige afzetting aan de onderkant van de snede, die gemakkelijk kan worden
verwijderd. Verhoog de snelheid om dit soort baardvorming te verminderen.
Baardvorming bij hoge snelheid ontstaat wanneer de snijsnelheid te hoog is en de boog naar achteren hoekt. In dit geval
vormt zich heel dicht bij de snede een dunne, lineaire rand van vast metaal. Deze zit steviger vast aan de onderkant van de
snede dan bij lage snelheid en is moeilijk te verwijderen. Hoe u baardvorming bij hoge-snelheid vermindert:
Verlaag de snijsnelheid.
Verklein de toorts-werkstukafstand.
Een werkstuk doorsteken met de machinetoorts
Net als bij de handtoorts kunt u met de machinetoorts een snede beginnen aan de rand van het werkstuk of door het
werkstuk te doorsteken. Met doorsteken kunnen de slijtdelen minder lang meegaan dan wanneer u aan de rand start.
In de snijtabellen vindt u een kolom voor de aanbevolen toortshoogte wanneer u begint met doorsteken. Voor de
Powermax125 is de doorsteekhoogte doorgaans 1,5 tot 4 maal de snijhoogte. Zie de snijtabellen voor specifieke
waarden.
De doorsteekvertraging moet lang genoeg zijn zodat de boog het materiaal kan doorsteken voordat de toorts beweegt,
maar niet zo lang dat de boog "afwijkt" om de rand van een groot gat te vinden. Naarmate slijtdelen verslijten, moet deze
vertragingstijd mogelijk worden verlengd. Doorsteekvertragingstijden opgegeven in de snijtabellen zijn gebaseerd op de
gemiddelde vertragingstijden tijdens de levensduur van de slijtdelen.
Bij het doorsteken van materialen dicht bij de maximale dikte voor een bepaald proces, moet u rekening houden met
onderstaande factoren:
Neem een aanloopafstand van ongeveer de dikte van het materiaal dat wordt doorstoken. Bijvoorbeeld, voor
materiaal van 20 mm is een aanloopafstand van 20 mm vereist.
Om te voorkomen dat het shield beschadigd wordt door de afzetting van gesmolten materiaal bij het doorsteken,
mag u de toorts pas laten zakken tot snijhoogte nadat u het gesmolten materiaal hebt verwijderd.
De chemische eigenschappen van de verschillende materialen kunnen een negatief effect op de doorsteekcapaciteit
van het systeem hebben. Heel hard staal met een hoog gehalte aan mangaan of silicium kan de maximale
doorsteekcapaciteit verminderen. Hypertherm berekent de parameters voor het doorsteken van koolstofstaal
met een gecertificeerde A-36-plaat.
Veel voorkomende machinesnijfouten
De hulpboog voor de toorts wordt gestart, maar er vindt geen overdracht plaats.
De aardkabel maakt niet goed contact met de snijtafel of de snijtafel maakt niet goed contact met het werkstuk.
De toorts-werkstukafstand/snijhoogte is te groot.
Het werkstuk is niet volledig doorstoken en boven op het werkstuk is er te veel vonkvorming.
Het metalen oppervlak is niet vrij van roest of verf.
De slijtdelen zijn versleten en moeten worden vervangen. Voor een optimale prestatie in een mechanische toepassing
vervangt u de nozzle en de elektrode tegelijkertijd.
De aardkabel maakt niet goed contact met de snijtafel of de snijtafel maakt niet goed contact met het werkstuk.
De stroom (stroomsterkte) is te laag ingesteld. Zie De machinetoorts configureren op pagina 65.
Powermax125 Gebruikershandleiding 808085
7 – Mechanisch snijden
105