9. OPSPOREN VAN STORINGEN
9.4 Opsporen van breuken in de
lusdraad
Breuken in de lusdraad zijn meestal te wijten aan
onbewuste fysieke beschadigingen aan de kabel,
bijvoorbeeld bij het gebruik van een schop bij het
tuinieren. In landen met nachtvorst kan de draad zelfs
beschadigd raken door scherpe stenen die in de grond
bewegen. Breuken kunnen ook worden veroorzaakt
door de hoge spanning in de draad tijdens het
installeren.
De kabelisolatie kan worden beschadigd wanneer het
gras meteen na de installatie te kort wordt gemaaid.
Bepaalde beschadigingen aan de isolatie zorgen soms
pas weken of maanden later voor problemen. Om dit te
voorkomen, moet u de eerste weken na het installeren
altijd de maximale maaihoogte selecteren en de
maaihoogte vervolgens elke tweede week geleidelijk
verlagen totdat de gewenste maaihoogte is bereikt.
Een foutieve las van de lusdraad leidt mogelijk ook pas
weken nadat de las werd gemaakt voor problemen.
Een foutieve las kan onder meer worden veroorzaakt
doordat de originele koppeling niet hard genoeg werd
samengedrukt met behulp van een tang of doordat een
koppeling van een mindere kwaliteit dan de originele
koppeling werd gebruikt. Controleer eerst alle bij u
bekende lassen voordat u verdergaat met de
foutopsporing.
Een draadbreuk kan worden opgespoord door de
afstand van de lus waar de breuk kan zijn opgetreden
steeds te halveren, totdat er nog maar een kort stuk
draad over is.
1.
Verzeker u ervan dat het indicatielampje in het
laadstation blauw knippert, wat een breuk in de
grensdraad aangeeft. Zie 9.2 Indicatielampje in
het laadstation op pagina 60.
2.
Controleer of de aansluitingen van de
grensdraad naar het laadstation correct zijn
aangesloten en niet zijn beschadigd. Controleer
of het lampje in het laadstation nog steeds blauw
knippert.
Nederlands - 63