Wanneer de installatie wordt uitgevoerd in een
werkgebied met een steile helling (zoals rond een
huis op een heuvel) moet het laadstation onder aan
de helling in het werkgebied worden geplaatst. Dit
maakt het eenvoudiger voor de gazonmaaier om de
geleidingsdraad naar het laadstation te volgen.
Plaats het laadstation niet op een eiland omdat het
hierdoor lastiger is om de geleidingsdraad optimaal te
leggen. Als het laadstation op een eiland moet
worden geïnstalleerd, moet de geleidingsdraad ook
op het eiland worden aangesloten. Zie de afbeelding
hiernaast. Meer informatie over eilanden is te vinden
in hoofdstuk 3.4 Installatie van begrenzingskabel .
Aansluiten van transformator
Houd bij het bepalen van de locatie voor de
transformator rekening met de volgende punten:
• Dicht bij het laadstation
• Bescherming tegen regen
• Bescherming tegen direct zonlicht
Wanneer de transformator op een stopcontact buiten
wordt aangesloten, moet dit stopcontact zijn
goedgekeurd voor gebruik buitenshuis. De
laagspanningskabel naar de transformator is 10 meter
lang en mag niet worden ingekort of verlengd.
Het is mogelijk dat u de laagspanningskabel het
werkgebied laat kruisen. De laagspanningskabel
moet met haken in de grond worden gezet of worden
ingegraven en de maaihoogte moet zodanig worden
ingesteld dat de bladen op de bladschijf nooit in
contact kunnen komen met de laagspanningskabel.
De transformator moet zo worden geplaatst dat er
voldoende luchtverversing is en geen direct zonlicht.
De transformator moet onder een afdak worden
geplaatst.
Wij raden aan een aardlekschakelaar te gebruiken
wanneer u de transformator op het stopcontact
aansluit.
Voor de beste prestaties mag de transformator niet
worden blootgesteld aan direct zonlicht.
18 - Nederlands
3. INSTALLATIE