Inhoudsopgave
Advertenties
3
Veiligheid
3.8
Afb. 3-3 Werk- en gevarenzone
1
2
3
4
In de gevarenzone van machines mogen zich geen personen bevinden.
De bediener moet de gevarenzone afsluiten.
De gevarenzone is de omgeving van de machine, waarbinnen personen door
werkbewegingen van de machine, zijn werkuitrustingen, gemonteerde
gereedschappen of door uitzwaaiend of vallend laadgoed bereikt kunnen worden.
32 / 312
46
Gevarenzone
Omgeving
Gevarenzone
Werkgebied
Nabijheid met verhoogd botsingsgevaar
U mag alleen met de machine werken, wanneer er zich geen personen in de
gevarenzone bevinden.
U moet bij gevaar voor personen een waarschuwingsteken geven.
Staak de werkzaamheden met de machine, wanneer personen ondanks
waarschuwingen de gevarenzone niet verlaten.
Bewaar een voldoende veilige afstand van min. 0,5 m van vaste constructies,
bijvoorbeeld bouwconstructies, steigers en andere machines om
beknellingsgevaar te vermijden.
Zet de zone tussen de vaste constructie en het werkgebied van de machine
af, wanneer u geen veilige afstand kunt houden.
Als het zicht op de rijweg en het werkgebied door werkomstandigheden
beperkt is, dan moet u door een seiner geassisteerd worden of de rijweg en
het werkgebied moeten door een vaste afzetting worden beveiligd.
De machine mag enkel ingezet worden wanneer de rij- en werkzone
voldoende verlicht is.
1
2
3
4
TL120
03_Sicherheit_nl.fm - 1.0 - 30.5.17
Advertenties
Inhoudsopgave
