Pagina 1
Gebr uiksaanwijzing Rider 11 Rider 11 C Rider 13 C Rider 13 AWD Rider 15 C Neem de gebruiksaanwijzing gr ondig door en gebruik de D D D D u u u u t t t t c c c c h h h h...
Controle van de koelluchtinlaat van de motor ....Slepen ................Controle en afstellen van de gronddruk van het Gebruik ................ maaielement Rider 11 C, Rider 13 C, Rider 13 AWD en Goede service .............. Rider 15 C ..............Productienummer ............
Beste klant! Gef eliciteerd met uw keuze voor een Husqvarna Rider. De Husqvarna Riders zijn gemaakt volgens een uniek concept met een aan de voorzijde gemonteerd maaidek en een gepatenteerde besturing van de achterwielen. De Rider werkt heel effectief, ook op kleine en nauwe oppervlakken.
Goede ser vice De producten v an Husqvarna worden over de hele wereld verkocht. Dit gebeurt alleen via de serviceverlenende vakhandel. Zodat we de klant de best mogelijke ondersteuning en service kunnen bieden. Voordat het product wordt geleverd, is de machine bijvoorbeeld door uw wederverkoper gecontroleerd en afgesteld.
4 Controleer of de juiste hoeveelheid olie in de motor zit. 5 Controleer of de juiste hoeveelheid olie in de transmissie zit (niet voor Rider 11). 6 Controleer en stel de luchtdruk van de banden af (60 kPa, 0,6 bar).
VERKLARING V AN DE SYMBOLEN Symbolen Ontsteking Dez e symbolen staan op de zitmaaier en in de gebruiksaanwijzing. Hydrostatische free-wheell WAARSCHUWING! Slordig of onjuist gebruik kan resulteren in ernstig letsel of overlijden van de gebruiker of anderen. Inschak elen Neem de gebr uiksaanwijzing grondig door en gebruik de machine niet voor u alles duidelijk heeft begrepen.
Pagina 7
VERKLARING V AN DE SYMBOLEN Rijd z onder maaikast zeer langzaam Star tinstructie Controleer het oliepeil v an de motor Controleer het oliepeil v an de hydrostaat Breng de maaikast omhoog Schak el de parkeerrem in en vergrendel deze. Als de motor k oud is, gebruik dan de choke Los de handrem v oordat u gaat rijden Zet de motor af en maak de ontstekingskabel...
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Veiligheidsinstructies • Stop de motor en voorkom een motorstart voordat u de uitloopgoot schoonmaakt. Deze instructies zijn gemaakt voor uw veiligheid. Lees ze • Pas op voor de uitworp en richt die niet op iemand. aandachtig door. • Stop de motor om een motorstart te voorkomen, voordat u het maaielement schoonmaakt.
Draag nooit los zittende kleding die in de bewegende indien mogelijk. Rij langzaam. Gebruik kleine delen vast kan komen zitten. stuurbewegingen. Rider 11: Kies een lage versnelling, zodat u niet hoeft te stoppen om te schakelen. De • Gebruik de machine nooit blootvoets. Draag altijd...
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Onderhoud • Wees extra voorzichtig met eventuele extra uitrusting, die de stabiliteit van de machine kan wijzigen. • Afzetten van de motor. Voorkom een start door de • Maai niet vlakbij randen, sloten of wallen. De machine kan ontstekingskabel van de bougie te halen of verwijder de plotseling omslaan wanneer één wiel over de rand van ontstekingssleutel voordat u afstellingen maakt of een diepte of een sloot komt, of wanneer een rand instort.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES • Stop om de uitrusting te inspecteren wanneer u tegen een WAARSCHUWING! De accu bevat lood en voorwerp aanrijdt. Repareer, indien nodig, voordat u loodverontreinigingen, chemicaliën waarvan start. men denkt dat ze kanker, schade aan de • Voer nooit afstellingen uit terwijl de motor draait. ongeboren vrucht of andere voortplantingsschade veroorzaken.
WAT IS WAT? Plaatsing van de bedieningsorganen 1 Gashendel/chokehendel 8 Parkeerrem, 13 C, 13 AWD en 15 C Koppelingspedaal, 11 en 11 C 2 Ontstekingsslot 9 Vergrendeling voor parkeerrem linkerkant voor 13 C, 3 Versnellingshendel 11 en 11 C 13 AWD en 15 C, rechterkant voor 11 en 11 C. 4 Hendel voor instelling van maaihoogte 10 Instelling van zitting.
Briggs & Stratton. Rider 11 en Rider 11C hebben een versnellingsbak van het 'inlinetype' met 5 versnellingen vooruit en één achteruit. De aandrijving van de messen wordt niet beïnvloed door het ontkoppelingspedaal.
PRESENTATIE Snelheidsregeling Rider 11 C, 13 C, 13 AWD en 15 C hebben een Combi- element met 3 messen. De snelheid van de machine wordt traploos geregeld met twee pedalen. Bij het vooruit rijden wordt pedaal (1) gebruikt en bij achteruit rijden pedaal (2).
PRESENTATIE Hendel voor instelling van Tanken maaihoogte De motor moet op loodvrije benzine van ten minste 85-octaan (niet met olie gemengd) lopen. Milieuvriendelijke alkylbenzine Met de hendel kan de maaihoogte worden geregeld in 7 kan heel goed gebruikt worden. Gebruik geen benzine, die verschillende standen.
- Laat het rempedaal opkomen terwijl de knop ingedrukt wordt gehouden. De blokkering van de handrem wordt automatisch uitgeschakeld als het rempedaal wordt ingedrukt. Rider 11 en Rider 11 C hebben een rempedaal en vergrendelknop aan de rechterkant. 16 – Dutch...
Rijden Aansluiten van startkabels BELANGRIJKE INFORMATIE Als de motor niet start wacht dan ca. 15 seconden voordat de volgende startpoging wordt gedaan. Wanneer de motor niet start, moet u ca. 1 minuut wachten voor u de volgende poging doet. 8 Als de motor start, laat dan de contactsleutel meteen terug springen naar de neutrale stand.
Rijden 3 Voor Rider 11 en Rider 11 C BELANGRIJKE INFORMATIE Zet de motor in z’n vrij en kies de gewenste versnelling. De levensduur van de aandrijfriemen wordt aanzienlijk verlengd wanneer de motor op laag toerental loopt wanneer de messen worden ingeschakeld. Geef daarom pas vol gas wanneer het maai-element neergeklapt is naar maaistand.
Trek de hendel uit om het aandrijfsysteem uit te schakelen. Duw de hendel in om het aandrijfsysteem in te schakelen. 2 Voor Rider 11 en Rider 11 C Trek de gashendel terug en zet de versnellingshendel naar z’n vrij 'N' zonder de achteruitrijvergrendelknop in te drukken. Draai de contactsleutel naar de stand ”STOP”.
Controleer de luchtdruk van de banden 60 kPa/8,5 PSI Smeer de riemspanner Smeer scharnierpunten en assen De remmen afstellen Rider 11 en Rider 11 C Controleer de V-snaren Controleer de koelflenzen van de transmissie Rider 13 C, Rider 13 AWD en Rider 15 C...
Maak de machine direct na gebruik schoon. Het is veel makkelijker maairesten weg te spoelen als ze nog niet vast gedroogd zijn. Frontkap Rider 11 C, Rider 13 C, Rider 13 Olieresten kunnen worden opgelost met een koud AWD en Rider 15 C ontvettingsmiddel.
ONDERHOUD Controleren en afstellen van de Controle van rem Rider 11 en Rider besturingskabels 11 C De besturing wordt geregeld met behulp van kabels. Deze De rem is van het type schijfrrem en zit op de versnellingsbak kunnen zich nadat de zitmaaier een tijd in gebruik is geweest, gemonteerd.
ONDERHOUD 2 Trek de buitenhuls van de chokekabel zo ver mogelijk WAARSCHUWING! Een slecht afgestelde naar rechts en zet de klemschroef vast. rem kan leiden tot verminderd remvermogen. Afstellen van handrem Rider 13 AWD Controleer of de parkeerrem goed is afgesteld door de machine op een helling te zetten met ontkoppelde voor- en achterassen.
ONDERHOUD 5 Vervang het luchtfilterpatroon als dit met vuil verstopt is. Vervang het filter op de volgende wijze: 1 Open de motorkap. BELANGRIJKE INFORMATIE 2 Haal de slangklemmen weg bij het filter. Gebruik een platte tang. Gebruik geen perslucht om het papierfilter schoon te maken.
ONDERHOUD Controleren van het zuurniveau van BELANGRIJKE INFORMATIE de accu Een bougie, die niet goed is aangedraaid, kan oververhitting veroorzaken en de motor beschadigen. Een Controleer of het zuurniveau van de accu tussen de bougie, die te hard is aangedraaid, kan de schroefdraad in markeringen ligt.
Kies een andere voorwaarde en probeer het opnieuw. Controleer of de motor uitgaat als men even van de bestuurdersstoel opstaat, wanneer het maaidek uitgeklapt is of de versnellingspook/hydrostaatpedalen niet in neutraalstand staan. Startmotor Ontstekingssysteem Functioneert Functioneert niet Rider 11 en Rider 11 C 26 – Dutch...
Pagina 27
ONDERHOUD Rider 13 C, Rider 15 C Rider 13 AWD – 27 Dutch...
2-4 mm (1/8”) hoger zijn dan de gronddruk van het maaielement voorkant. Rider 11 C, Rider 13 C, Rider 13 AWD en Rider 15 C Om het beste maairesultaat te krijgen moet het maai-element de ondergrond volgen zonder te stevig aan te liggen. De druk wordt afgesteld met een bout en veer aan beide kanten van de zitmaaier.
ONDERHOUD Afstellen van de parallelliteit van het Servicestand voor maai-element maai-element, Rider 11 Om ervoor te zorgen dat u bij schoonmaken, reparatie en service overal goed bij kunt, kan het maai-element in 1 Controleer de luchtdruk van de banden 60 kPa/0,6 kp/ servicestand gezet worden.
ONDERHOUD Terugkeer uit servicestand 5 Haal de aandrijfriem eraf en hang deze op de ontlastingshaak. 1 Pak de voorkant van het element beet en maak de vergrendeling los, klap het element naar beneden en duw het terug. 6 Maak de stang voor de maaihoogte los en plaats deze in de houder.
ONDERHOUD Controle van messen Verwijderen van BioClip-plug Om het beste maairesultaat te bereiken is het belangrijk dat Om een Combi-maai-element om te zetten van BioClip- de messen onbeschadigd en scherp zijn. functie naar een maai-element met achteruitworp verwijdert u de BioClip-plug, die met drie bouten onder het maai-element Controleer of de bevestigingsbouten van de messen goed zijn vastzit.
Smeren Controle van het oliepeil van de 1 Plaats een vat onder de linker aftapklep van de motor. motor 2 Verwijder de peilstok. Verwijder de aftapklep aan de linkerkant van de motor. Controleer het oliepeil in de motor als de machine horizontaal staat en de motor uit is.
Smeren Controle van het oliepeil van de Smeren Rider 11 en Rider 11 C transmissie op Rider 13 C, Rider 13 Smeren van voorwiellager AWD en Rider 15 C Op Riders met achteruitworp moeten de frontkap en de vleugelkappen weggehaald worden, zodat de beugel 1 Verwijder de transmissiekap.
Storingsschema Probleem Oorzaak De motor start niet Geen brandstof in de brandstoftank De bougie defect Verkeerde bougieaansluitingen of verwisselde kabels Vuil in carburateur of brandstofleiding De startmotor krijgt de motor niet rond De startmotor krijgt de motor niet rond Accu leeg Slecht contact tussen kabel en accupool Hendel voor de maaikast in verkeerde stand Hoofdzekering kapot.
Stallen Winterstalling Beschermkap Aan het eind van het maaiseizoen moet de zitmaaier Om uw machine te beschermen tijdens stalling of transport is onmiddellijk in orde worden gemaakt voor stalling, ook als een hoes verkrijgbaar. Neem contact op met uw dealer voor deze langer dan 30 dagen niet gebruikt gaat worden.
Husqvarna AB, SE-561 82 Huskvarna, Zweden, telefoon: +46-36-146500, verklaart hierbij dat de zitmaaier Husqvarna Rider 11, Rider 11 C, Rider 13 C, Rider 13 AWD en Rider 15 C met een serienummer uit het jaar 2005 en verder (het jaar met daaropvolgend...
Pagina 40
1150313-36 ´®z+R?A¶6§¨ ´®z+R?A¶6§¨ 2006-10-26...