VOEDINGSKABELS
4
Sluit de kabels aan. De afbeelding geeft een
voorbeeld van goede bekabeling.
a) Sluit de fasegeleiders van de netkabel en de
motorkabel aan op de juiste klemmen. Bij
gebruik van een remweerstandkabel moet u
ook de geleiders van die kabel op de juiste
klemmen aansluiten.
b) Sluit de aardleiding van elke kabel aan op een
aardingsklem met een aardingsbeugel voor de
aardleiding.
c) Zorg ervoor dat de externe aardleiding
verbonden is met de aardingsrail. Zie
hoofdstuk 2.4 Aarding en aardfoutbeveiliging.
d) Zie Tabel 27 voor de juiste aanhaalmomenten.
LOCAL CONTACTS: HTTP://DRIVES.DANFOSS.COM/DANFOSS-DRIVES/LOCAL-CONTACTS/
G
F
L1 L2 L3 U V W
C
A
A. Netkabels
B. Motorkabels
C. Aardleiding
D. Trekontlasting
E. Aardingsbeugel voor de
kabelafscherming, 360°
geaard
F. Stuurkabel
G. Aardingsrail van de
stuurkabel
VACON · 79
E
D
B
6