Het apparaat moet zijn uitgeschakeld.
^ Druk op de sensortoets s en houd uw vinger op de toets.
^ Terwijl u uw vinger op de toets s houdt, tipt u 1x kort de
sensortoets ? aan.
In het display verschijnt P 1.
^ Tip de sensortoets ; of ? zo vaak aan totdat in het display
het gewenste programma verschijnt.
^ Bevestig met "OK".
^ Tip de sensortoets ; of ? zo vaak aan totdat in het display
de gewenste status verschijnt.
^ Bevestig met "OK".
Nadat u de gewenste instellingen heeft uitgevoerd, moet u
het apparaat uitschakelen.
Programmering
25