Philips biedt ten aanzien van dit materiaal geen enkele vorm van garantie, met inbegrip van,
maar niet beperkt tot, de impliciete garanties aangaande verhandelbaarheid en geschiktheid
voor een bepaald doel. Philips zal niet aansprakelijk zijn voor fouten in de documentatie of
voor enige directe of indiecte schade, vervolgschade, die voortvloeit uit de fabricage, werking
of gebruik van dit materiaal.
De informatie in dit document kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Philips is niet verantwoordelijk voor het gebruik of betrouwbaarheid van haar software op
apparatuur die niet door Philips geleverd is.
Verantwoordelijkheid van de fabrikant
Philips acht zich uitsluitend verantwoordelijk voor enig effect op veiligheid, betrouwbaarheid
en functionaliteit van de apparatuur indien:
• samenstellen, uitbreiden, afregelen, modificeren of repareren wordt uitgevoerd door
personen die daartoe door Philips gerechtigd zijn, en
• de elektrische installatie van de betreffende ruimte voldoet aan de geldende IEC normen,
en
• het instrument gebruikt wordt in overeenstemming met de Gebruiksanwijzing.
Beoogd gebruik Serie 50 A (M1351A)
Doel van dit apparaat is om de conditie van de foetus te bewaken door foetale hartfrequentie
(FHF), maternale uterus activiteit en, optioneel, foetale bewegingen simultaan te meten.
De M1531A is een foetale monitor die ontwikkeld is voor antepartum testen. De foetale
hartslag wordt gedetecteerd door een ultrasound zender/ontvanger sensor die op de buikwand
geplaatst wordt.
De verkregen informatie van zowel FHF als maternale uterus activiteit wordt digitaal
weergegeven, op een recorder geregistreerd en is beschikbaar voor eventueel beheer op afstand.
Beoogd gebruik Serie 50 IP-2 (M1353A)
Doel van dit apparaat is om de conditie van de foetus te bewaken door foetale hartfrequentie
(FHF), maternale uterus activiteit en, optioneel, foetale bewegingen simultaan te meten.
De M1353A is een foetale monitor die ontwikkeld is voor de antepartum en intrapartum
testen. De foetale hartslag kan gedetecteerd worden met ECG elektrode op de foetale schedel
of met een ultrasound zender/ontvanger sensor die op de buikwand geplaatst wordt. De