Pagina 1
H e a r t S t a r t - d e f i b r i l l a t o r G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G Gids voor instelling, werking, onderhoud en accessoires M5066A Editie 11...
De HeartStart-defibrillator M5066A Hendel elektrodencassette. Deze Informatieknop. Luidspreker. Wanneer het Trek aan de hendel om de HeartStart 'i-knop' knippert blauw als er apparaat wordt gebruikt, zijn aan te zetten en verwijder het harde informatie beschikbaar is. Druk op gesproken instructies hoorbaar via deksel van de cassette.
HeartStart-defibrillator M5066A BEKNOPTE NASLAGGIDS Controleer op tekenen van Patiënt reageert niet plotselinge hartstilstand: Abnormale ademhaling DRUK TREK PLAATS BEKNOPTE NASLAGGIDS...
Pagina 7
HeartStart M5066A Automatische externe defibrillator G E B R U I K E R S H A N D L E I D I N G Editie 11 BELANGRIJK: Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de overlevingskans bij een plotselinge hartstilstand direct verband houdt met de snelheid waarmee defibrillatie bij de patiënt plaatsvindt.
Als de defibrillator verkocht, weggeschonken, verloren, gestolen, geëxporteerd of Revisiehistorie vernietigd is, dient u dit te melden aan Philips Medical Editie 11 Systems of aan de wederverkoper. Publicatiedatum: Januari 2019 Publicatienummer: 453564813381 Fabrikant van het apparaat Philips Medical Systems...
INHOUD 1 INLEIDING TOT DE HEARTSTART Omschrijving ....................1-1 Plotselinge hartstilstand ................. 1-1 Beoogd gebruik ....................1-1 Indicaties voor gebruik .................. 1-2 Contra-indicaties ..................... 1-2 Gevaren, waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen ......1-2 Mogelijke schadelijke gevolgen van het apparaat ........1-9 Klinisch overzicht van veiligheids- en prestatiegegevens ....... 1-9 Werkingsprincipes ..................
Pagina 10
5 ONDERHOUD VAN DE HEARTSTART Routineonderhoud ..................5-1 Periodieke inspectie ..................5-1 De HeartStart reinigen .................. 5-2 De HeartStart afvoeren ................. 5-2 Tips voor het oplossen van problemen met het ‘gereed’-lampje ..5-2 Problemen oplossen wanneer de HeartStart alarmtonen laat horen ..5-3 BIJLAGEN A Accessoires voor de HeartStart B Verklarende woordenlijst...
INLEIDING TOT DE HEARTSTART OMSCHRIJVING De HeartStart-defibrillator M5066A (‘HeartStart’) maakt deel uit van de Philips HeartStart HS1-serie automatische externe defibrillators (AED's). De HeartStart is klein, licht van gewicht, werkt op batterij en is draagbaar, gericht op bedieningsgemak en betrouwbaarheid. PLOTSELINGE HARTSTILSTAND Een plotselinge hartstilstand is een situatie die optreedt als het hart onverwacht ophoudt met pompen.
INDICATIES VOOR GEBRUIK De HeartStart is geïndiceerd voor de beëindiging van ventrikelfibrilleren (VF), ventrikelflutter en sommige ventrikeltachycardie in de volgende bevolkingsgroepen: • Baby’s en kinderen met een lichaamsgewicht tot 25 kg of een leeftijd tot 8 jaar • Kinderen en volwassenen met een lichaamsgewicht van meer dan 25 kg of met een leeftijd van minimaal 8 jaar CONTRA-INDICATIES Gebruik de HeartStart niet als iemand:...
Pagina 13
HeartStart en/of letsel van de patiënt of de gebruiker tot gevolg hebben. De HeartStart is uitsluitend bestemd voor gebruik met door Philips goedgekeurde accessoires. Gebruik van andere accessoires dan de accessoires die worden vermeld, kan leiden tot incorrecte werking, toename van de elektromagnetische emissie of afname van de elektromagnetische immuniteit van de HeartStart.
Pagina 14
Als uw apparaat drievoudige alarmtonen laat horen in de stand-bymodus of na een noodsituatie, mag de HeartStart niet langer worden gebruikt en dient u onmiddellijk contact op te nemen met Philips.
Pagina 15
elektrische schok Bij het openen van de HeartStart bestaat het gevaar van een elektrische schok. Als de HeartStart geopend is, is er geen bescherming tegen elektrische schokken. De HeartStart geeft wel bescherming tegen elektrische schokken als hij intact is. Maak de HeartStart niet open, verwijder de dekplaten niet en probeer niet om de HeartStart te repareren.
Pagina 16
LET OP verkeerde behandeling van Een verkeerde behandeling kan de HeartStart beschadigen. De HeartStart kan het apparaat tegen een stootje en is betrouwbaar onder allerlei omstandigheden. Een ruwe behandeling van de HeartStart kan echter beschadiging aan het apparaat of de accessoires veroorzaken en maakt de garantie ongeldig.
Pagina 17
omgevingsomstandigheden Omgevingsomstandigheden kunnen een onjuiste werking veroorzaken. Als de HeartStart wordt gebruikt buiten het aangegeven bereik voor de omgeving (temperatuur, luchtvochtigheid, luchtdruk) kan dat een onjuiste of onderbroken werking tot gevolg hebben. Zorg ervoor dat de HeartStart wordt bewaard in een omgeving zoals aangegeven in deze handleiding. configuratie Een incorrect geconfigureerde taal kan verhinderen dat de HeartStart op een goede manier wordt gebruikt.
Pagina 18
De HeartStart hoort normaliter niet te worden uitgezet tijdens redding van een patiënt. Als u de HeartStart om de een of andere reden tijdens gebruik bij een patiënt wilt uitzetten, kunt u daarvoor op de aan/uit-knop drukken (en hem ten minste een seconde ingedrukt houden) om het apparaat op stand-by te zetten.
Contacteczeem door gevoeligheid voor de materialen die worden gebruikt in de defibrillatie-elektroden • Lichte huiduitslag KLINISCH OVERZICHT VAN VEILIGHEIDS- EN PRESTATIEGEGEVENS Philips of diens voorganger HeartStream was rechtstreeks verantwoordelijk voor het uitvoeren van klinische studies met betrekking tot de veiligheid en effectiviteit van de AED-serie van Philips.
Pagina 20
A. Defibrillatiecurve bij volwassenen Het cruciale klinische onderzoek dat de Philips SMART bifasische curve ondersteunt, bestond uit drie studies. De eerste was een single center haalbaarheidsstudie (Gemini I); gevolgd door een prospectieve gerandomiseerde klinische studie (Gemini II), en als laatste een deelonderzoek naar de veiligheid (Gemini Safety).
Pagina 21
Het energieniveau voor de twee bifasische curven was aanzienlijk lager in vergelijking met de gedempte sinuscurve (p < 0,001), net als de piekstroom en spanning. Conclusies: De resultaten tonen aan dat bifasisch afgevlakte transthoracale schokken met laag energieniveau (115 J en 130 J) net zo effectief waren in de testgroep als gedempte sinusgolfschokken van 200 J zoals gebruikelijk in de standaard transthoracale defibrillators.
Pagina 22
In latere klinische onderzoeken (ORCA-onderzoek door Schneider) werd het energieniveau verhoogd naar 150 J, en 150 J is het energieniveau van de SMART bifasische curve die in de AED's van Philips wordt gebruikt. 3. Veiligheidsonderzoek Gemini II Een single center, prospectieve analyse werd uitgevoerd om de...
Pagina 23
Onderzoeksopzet: De patiënten waren prospectief ingeschreven in vier Europese EMS-systemen en omvatten in totaal 338 patiënten. Hulpverleners gebruikten AED's met impedantiecompenserende bifasische curven (Philips ForeRunner 150 J) of AED's met standaard monofasische gedempte sinuscurven en monofasische afgevlakte exponentiële curven met een stijgend energieprotocol bij slachtoffers van plotseling ineenzakken wanneer het gebruik van een defibrillator werd geïndiceerd.
Pagina 24
In fase 2 van het onderzoek werden schokken toegediend via speciale elektroden voor kinderen, in combinatie met een conventionele AED voor volwassenen (FR2; Philips Medical Systems). Dezelfde VF-inductie en hetzelfde reanimatieprotocol als in fase 1 werden toegepast op drie (3) biggen in drie (3) gewichtsgroepen (3,7, 13,5 en 24,2 kg). De SMART bifasische curve zoals geïmplementeerd in de FR2 die in dit...
Pagina 25
8 jaar of niet zwaarder dan 25 kg. De HeartStart FR2-defibrillator is een voorganger van de HeartStart-defibrillator. Onderzoeksopzet: Deze prospectieve, observerende postmarketingsurveillancestudie omvatte de Philips FR2 AED met voor kinderen afgezwakte elektroden en de HeartStart OnSite-AED met de SMART-elektrodencassette voor baby's/kinderen. Gegevens van de...
Conclusies: Op grond van de gegevens van de postmarketingsurveillancestudie kunnen de FR2-defibrillator met de voor baby's/kinderen afgezwakte FR2-elektroden en de HeartStart OnSite AED met SMART-elektrodencassette voor baby's/kinderen veilig en effectief worden gebruikt voor kinderen. WERKINGSPRINCIPES De HeartStart-defibrillator is bestemd voor het toedienen van externe defibrillatietherapie bij een persoon met een plotselinge hartstilstand als gevolg van ventrikelfibrilleren (VF), ventrikelflutter en sommige ventriculaire tachycardie.
Er zijn meerdere landelijke en lokale organisaties die een gecombineerde training in reanimatie en het gebruik van een AED aanbieden. Philips raadt u aan een training te kiezen voor het apparaat dat u gaat gebruiken. Neem contact op met uw Philips-vertegenwoordiger voor meer informatie.
HeartStart-draagtas die ook een extra SMART- elektrodencassette bevat. Trainingsmateriaal en optionele accessoires voor de HeartStart zijn ook bij Philips verkrijgbaar. Zie Bijlage A voor een lijst van deze producten. DE HEARTSTART GEREEDMAKEN Het gereedmaken van de HeartStart gaat snel en eenvoudig. In de HeartStart- snelstartgids vindt u instructies met illustraties voor het gereedmaken.
Pagina 30
Philips raadt u aan altijd een extra SMART-elektrodencassette voor volwassenen en een extra batterij bij de HeartStart te bewaren. Als u een standaard draagtas voor de HeartStart...
Pagina 31
Op de registratiekaart kunt u de verloopdatum van de geplaatste EXP. SMART- DATE 2010-08-30 elektrodencassette INSTL. DATE noteren. Als u beschikt EXP. EXP. EXP. 09/2010 09/2010 09/2010 DATE DATE DATE EXP. DATE INSTALL over een extra SMART- 2011-08-30 INSTALL 08-2011 BEFORE BEFORE elektrodencassette en...
Bij Philips is een Fast response-set met al deze artikelen verkrijgbaar. Zie Bijlage A voor meer informatie. Als de kans bestaat dat u defibrillatie moet uitvoeren bij een baby of bij een kind met...
DE HEARTSTART GEBRUIKEN BELANGRIJK: Lees de WAARSCHUWINGEN en VOORZORGSMAATREGELEN in deze handleiding en in hoofdstuk 1 zorgvuldig door. OVERZICHT Als u denkt dat iemand een plotselinge hartstilstand heeft, moet u snel en kalm handelen. Bij twijfel altijd de elektroden gebruiken. Volg de gesproken instructies bij elke stap voor gebruik van de defibrillator.
Het gebruik van de HeartStart voor behandeling van een persoon met een hartstilstand omvat drie stappen: TREK de hendel van de SMART-elektrodencassette omhoog. PLAATS de elektroden op de blote huid van de patiënt. DRUK op de knipperende oranje schokknop als daar om wordt gevraagd.
STAP 2: DE ELEKTRODEN PLAATSEN Trek aan het lipje aan de bovenzijde van de SMART-elektrodencassette om de beschermfolie te verwijderen. In de cassette treft u twee zelfklevende elektroden op een kunststof beschermlaag aan. Verwijder de elektroden uit de cassette. Trek een elektrode los van de beschermlaag. Plaats de elektrode op de ontblote huid van de patiënt, precies zoals aangegeven op de afbeelding op de elektrode.
* De standaardconfiguratie van de HeartStart levert reanimatiebegeleiding als u in deze situatie op de i-knop drukt; uw medisch manager kan deze standaardinstelling desgewenst wijzigen met de afzonderlijk verkrijgbare Philips-software. Zie Bijlage E voor meer informatie.
Breng de elektroden precies zo aan als op de afbeelding op de elektroden. * Door Philips wordt aanbevolen om de HeartStart op te slaan met een geplaatste SMART-elektrodencassette voor volwassenen, aangezien hartstilstand bij kinderen niet vaak voorkomt.
Als het slachtoffer minder dan 25 kg weegt of jonger dan 8 jaar is en u NIET beschikt over een SMART-elektrodencassette voor baby's/kinderen: • STEL DE BEHANDELING NIET UIT. • Zet de HeartStart aan en volg de instructies om alle bovenkleding te verwijderen en zowel de borst als de rug te ontbloten.
Inspecteer de buitenkant van de HeartStart op tekenen van vuil, beschadiging of verontreiniging. Als u schade aantreft, moet u voor technische ondersteuning contact opnemen met Philips. Als de defibrillator vuil of verontreinigd is, maakt u hem schoon volgens de richtlijnen in hoofdstuk 5: ‘Onderhoud van de HeartStart’.
Pagina 40
Verwijder de batterij gedurende vijf seconden, tenzij uw protocol voorschrijft dat de batterij niet mag worden verwijderd. Plaats de batterij daarna terug om de zelftest na plaatsen van de batterij uit te voeren, waarmee de werking van de HeartStart wordt gecontroleerd. Als de test is voltooid, controleert u of het groene 'Gereed'-lampje knippert.
De HeartStart slaat gegevens over de laatste klinische toepassing automatisch in het interne geheugen op. De opgeslagen gegevens kunnen gemakkelijk worden overgezet naar een pc of handcomputer met de juiste applicatie van de Philips HeartStart Event Review-gegevensbeheersoftware. De Event Review-software mag alleen door daartoe opgeleid personeel worden gebruikt.
ONDERHOUD VAN DE HEARTSTART ROUTINEONDERHOUD Het onderhoud van de HeartStart is zeer eenvoudig. De HeartStart verricht dagelijks een zelftest. Daarnaast wordt er telkens als u een batterij in het apparaat installeert, een zelftest uitgevoerd. De uitgebreide automatische zelftest van de HeartStart maakt handmatige kalibratie overbodig. De HeartStart heeft geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden onderhouden.
• Inspecteer de buitenkant van de HeartStart. Als u barsten of andere tekenen van schade aantreft, moet u voor technische ondersteuning contact opnemen met Philips. Noteer iedere periodieke controle in het inspectielogboek/onderhoudsboekje. DE HEARTSTART REINIGEN De buitenkant en de draagtas van de HeartStart kunnen worden gereinigd met een zachte doek die is bevochtigd met water met zeep, bleek (2 eetlepels per liter water) of reinigingsmiddel op basis van ammonia.
• Als het gereed-lampje uit is en de HeartStart drievoudige pieptonen laat horen, dient u contact op te nemen met Philips voor technische ondersteuning. Zie ‘Problemen oplossen wanneer de HeartStart alarmtonen laat horen’ voor meer informatie. • Als het ‘gereed’-lampje niet brandt, de HeartStart geen alarmtonen laat horen en de i-knop niet knippert: er is geen batterij geplaatst, de batterij is leeg of de HeartStart moet worden gerepareerd.
Pagina 46
Als uw apparaat drievoudige alarmtonen laat horen in de stand-bymodus of na een noodsituatie, mag de HeartStart niet langer worden gebruikt en dient u onmiddellijk contact op te nemen met Philips. Meer gedetailleerde informatie over testen en probleemoplossing vindt u in...
Pagina 47
ACCESSOIRES VOOR DE HEARTSTART De volgende accessoires voor de HeartStart-defibrillator zijn afzonderlijk verkrijgbaar bij uw Philips-vertegenwoordiger of online via www.philips.com/heartstart : • Batterij (reservebatterij aanbevolen) [REF: M5070A] • Elektroden • SMART-elektrodencassette voor volwassenen (reservecassette aanbevolen) [REF: M5071A] • SMART-elektrodencassette voor kinderen [REF: M5072A] •...
Pagina 48
• Software voor gegevensbeheer • HeartStart Configure [REF: 861487] • HeartStart Event Review Pro • licentie voor één PC [REF: 861431 optie A01] • licentie voor de gehele organisatie [REF: 861431 optie A03] • HeartStart Event Review Pro, upgrade • licentie voor één PC [REF: 861436 optie A01] •...
VERKLARENDE WOORDENLIJST De in deze verklarende woordenlijst opgenomen termen worden gedefinieerd in de context van de HeartStart-defibrillator en het gebruik van dat apparaat. Aan/uit-knop Een groene knop aan de voorkant van de HeartStart. Als u op de aan/uit-knop drukt terwijl de HeartStart stand-by staat, gaat de HeartStart aan; als u de aan/ uit-knop een seconde lang ingedrukt houdt terwijl de HeartStart aan staat, gaat de HeartStart uit en wordt de lading afgevoerd.
Pagina 50
HeartStart bij de patiënt kan controleren en analyseren. Speciaal daarvoor bevoegd personeel kan met deze software bovendien de HeartStart-configuratie wijzigen. U vindt hierover meer informatie van Philips Medical Systems op www.philips.com/eventreview. i-knop Een informatieknop aan de voorkant van de HeartStart. Als u op de i-knop drukt tijdens de 30 seconden waarin deze knippert tijdens een pauze voor verzorging van de patiënt, voorziet de HeartStart u van reanimatiebegeleiding;...
Pagina 51
NSA-pauze Een pauze die door de HeartStart wordt ingelast na de NSA-beslissing (de beslissing ‘geen schok aanbevolen’). De pauze kan als ‘standaard’ NSA-pauze of als ‘SMART’ NSA-pauze worden ingesteld. Tijdens een standaard NSA-pauze voert de HeartStart geen achtergrondbewaking van het hartritme van de patiënt uit.
Pagina 52
schokbaar ritme Een hartritme waarvan de HeartStart bepaalt dat het in aanmerking komt voor defibrillatie, zoals ventrikelfibrillatie en bepaalde vormen van ventriculaire tachycardie die tot een plotselinge hartstilstand kunnen leiden. schokknop Een oranje knop met een bliksemschicht aan de voorkant van de HeartStart. De schokknop knippert als de defibrillator adviseert om een schok toe te dienen.
VERKLARING VAN SYMBOLEN/ BEDIENINGSELEMENTEN symbool beschrijving Hendel elektrodencassette. Door de hendel omhoog te trekken, zet u de HeartStart aan en opent u de elektrodencassette voor gebruik. Zie bedieningsinstructies. Aan/uit-knop. Groen. Als u op de aan/uit-knop drukt terwijl de HeartStart stand-by staat, gaat hij aan; als u de aan/uit-knop een seconde lang ingedrukt houdt terwijl de HeartStart aan staat, gaat hij uit en wordt de lading van de HeartStart afgevoerd.
Pagina 54
symbool beschrijving Schokknop. Oranje. Knippert wanneer de HeartStart opgeladen is. Als er een schok nodig is, vraagt de HeartStart aan de gebruiker om op de schokknop te drukken; daarmee wordt aan de patiënt een schok toegediend. Het product is beschermd tegen schokken via een BF-patiëntaansluiting Het product voldoet niet aan de Chinese ...
Pagina 55
Juiste plaatsing van elektroden bij een pediatrische patiënt. Juiste plaatsing van elektroden bij een pediatrische patiënt Juiste plaatsing van elektroden bij volwassenen Product voldoet aan de IP21-specificaties Logo Philips Shield Woordmerk Philips Telefoonnummer dat in geval van nood kan worden gebeld...
Pagina 56
symbool beschrijving Voldoet aan de vereisten van de toepasselijke Europese richtlijnen, waaronder de RoHS-richtlijn 2011/65/EU betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur . Voldoet aan de vereisten van de Europese Richtlijn voor medische hulpmiddelen 93/42/EEG. De vier cijfers geven het identificatienummer van de aangemelde instantie aan die betrokken is bij de evaluatie van de conformiteit van het product met de richtlijn.
Pagina 57
symbool beschrijving Stel de batterij niet bloot aan hevige hitte of open vuur. Verbrand de batterij niet. Beschadig de batterij niet en open de behuizing van de batterij niet. Installeer de batterij in de defibrillator vóór de op dit etiket aangegeven datum (JJJJ-MM). Bescherm de batterij tegen vocht.
Pagina 58
symbool beschrijving Bewaar de elektroden bij een temperatuur tussen 0 en 50 °C. N ON - Dit product is niet steriel. S TERI LE Dit product is niet vervaardigd van natuurlijk LAT EX rubberlatex. Elektroden voor gebruik bij baby’s of kinderen jonger dan 8 jaar of lichter dan 25 kg.
TECHNISCHE INFORMATIE SPECIFICATIES HEARTSTART-DEFIBRILLATOR De specificaties in de onderstaande tabellen betreffen nominale waarden. FYSIEKE GEGEVENS categorie specificaties afmetingen H x B x D = 7,2 x 21 x 19 cm. gewicht Ongeveer 1,5 kg met batterij en elektrodencassette geplaatst. levensduur De verwachte levensduur van de HeartStart is 10 jaar.
categorie specificaties afdichting Voldoet aan IEC 60529 klasse IP21. Beschermd tegen toegang tot gevaarlijke onderdelen met een vinger en beschermd tegen binnendringen van vaste, vreemde objecten met een diameter van 1,25 cm en groter volgens IEC 60529 klasse IP2x. Beschermd tegen een continue stroom waterdruppels over de defibrillator volgens IEC 60529 klasse IPx1.
Pagina 61
DEFIBRILLATIECURVE categorie specificaties curveparameters Bifasische afgevlakte exponentieel. De curveparameters worden automatisch aangepast als functie van de patiëntimpedantie bij defibrillatie. In het diagram links is D de duur van fase 1 en E de duur van fase 2 van de curve. F is de vertraging tussen de fasen (500 μs) en lp de piekstroom.
Pagina 62
categorie specificaties energie* Bij gebruik van HeartStart SMART-elektroden voor volwassenen: 150 J (de vermelde doses voor nominaal (± 15%) in een belasting van 50 ohm. Bij gebruik van HeartStart kinderen zijn gebaseerd op SMART-elektroden voor baby's/kinderen: 50 J nominaal (± 15%) in een CDC-groeitabellen voor belasting van 50 ohm.
Pagina 63
ECG-ANALYSESYSTEEM categorie specificaties functie Beoordeelt de impedantie van de zelfklevende elektroden voor een optimaal contact met de huid van de patiënt en beoordeelt het ECG-ritme en de kwaliteit van het signaal om te bepalen of een schok dient te worden aanbevolen.
(voldoet aan vereiste AAMI DF80.) ritmen a. Uit de ECG-ritmedatabases van Philips Medical Systems. b. American Heart Association (AHA) AED Task Force, Subcommittee on AED Safety & Efficacy. Automatic External Defibrillators for Public Access Use: Recommendations for Specifying and Reporting Arrhythmia Analysis Algorithm Performance, Incorporation of New Waveforms, and Enhancing Safety.
Pagina 65
SPECIFICATIES VOOR ACCESSOIRES BATTERIJ M5070A categorie specificaties type batterij 9 VDC, 4,2 Ah, lithiummangaandioxide. Niet-oplaadbare batterij met lange levensduur. capaciteit Een nieuwe batterij biedt minimaal 200 schokken of 4 uur bedrijfstijd bij een temperatuur van 25 °C. levensduur Ten minste 5 jaar vanaf de productiedatum bij opslag en onderhoud volgens (vóór het inbrengen) de aanwijzingen in deze Gebruikershandleiding.
REACH (Registration, Evaluation, Authorization, and Restriction of Chemicals), een richtlijn van de Europese Unie, vereist dat Philips Healthcare informatie over de chemische inhoud verschaft voor zeer risicovolle stoffen (SVHC) indien ze meer dan 0,1% van het gewicht van het artikel uitmaken. De SVHC-lijst wordt regelmatig bijgewerkt.
CONFIGURATIE OVERZICHT De Philips HeartStart-defibrillator wordt geleverd met een standaardconfiguratie die aan de behoeften van de meeste gebruikers voldoet. Deze configuratie kan alleen worden gewijzigd door een bevoegd persoon met behulp van HeartStart Configure-software. Deze software mag alleen door daartoe opgeleid personeel worden gebruikt.
OPTIES VOOR PATIËNTBEHANDELINGSPROTOCOL parameter instellingen standaard standaardbeschrijving timing gesproken • Bij opstarten (als de Aan het begin Laat aan het begin van de eerste herinnering gebruiker de van de eerste pauze voor verzorging van de patiënt ‘ambulancedienst HeartStart aanzet) pauze voor een gesproken herinnering horen om bellen’...
Pagina 69
parameter instellingen standaard standaardbeschrijving interval voor serie 1,0; 2,0, Er moet een schok worden afgegeven ∞ schokken (oneindig) binnen één minuut na de vorige schok (minuten) om deze laatste schok te laten meetellen als deel van de huidige schokserie. OPMERKING: Deze parameter is alleen van toepassing als de serie schokken niet is geconfigureerd voor de standaard 1 schok.
Pagina 70
parameter instellingen standaard standaardbeschrijving type NSA-pauze • Standaard NSA-pauze: SMART Tijdens een SMART NSA-pauze voert de HeartStart voert NSA-pauze de HeartStart achtergrondbewaking geen ritmeanalyse uit uit. Wordt er een mogelijk schokbaar tijdens de NSA-pauze. ritme aangetroffen bij een patiënt die niet beweegt, dan beëindigt de •...
Pagina 71
parameter instellingen standaard standaardbeschrijving NSA-pauzetimer 0,5, 1,0, 1,5, Als geen schok wordt geadviseerd (minuten) 2,0, 2,5, 3,0 (NSA), start er automatisch een NSA-pauze voor reanimatie van twee minuten nadat er een gesproken instructie is gegeven. Als de gebruiker op de blauwe i-knop drukt voor optionele reanimatiebegeleiding, biedt de HeartStart begeleiding gedurende ...
Pagina 72
parameter instellingen standaard standaardbeschrijving Reanimatieprompt • CPR1: De gebruiker CPR4: De Door de gesproken instructies voor krijgt de instructie om gebruiker reanimatie die aan het begin van een met reanimeren te krijgt de pauze worden gegeven, weet de beginnen. instructie dat gebruiker dat het veilig is de patiënt het veilig is de aan te raken, dat met reanimatie kan...
Pagina 73
parameter instellingen standaard standaardbeschrijving Reanimatiebegeleiding Ja, Nee Optionele reanimatiebegeleiding instructie voor omvat levensreddende beademing in beademing bij het tempo dat wordt bepaald door de baby's/kinderen verhouding 'compressie: beademing' voor reanimatiebegeleiding bij baby's en kinderen als een SMART- elektrodencassette voor baby's/kinderen is geïnstalleerd.
TESTEN EN PROBLEEMOPLOSSING TESTEN Zo lang de batterij zich in het apparaat bevindt, voert de HeartStart-defibrillator elke dag automatisch een zelftest uit en waarschuwt u als er een probleem wordt aangetroffen. De zelftest controleert ook of de SMART-elektroden voor gebruik gereed zijn. Daarnaast voert de HeartStart een zelftest van de elektroden uit wanneer een elektrodencassette wordt geplaatst.
AANBEVOLEN HANDELING TIJDENS NOODGEVAL Als om een of andere reden de HeartStart niet aan gaat als u de hendel van de SMART-elektrodencassette omhoog trekt, drukt u op de aan/uit-knop. Als de HeartStart niet aan gaat als u op de aan/uit-knop drukt, verwijdert u de batterij, vervangt u deze door een nieuwe batterij (indien beschikbaar) en drukt u op de aan/uit-knop om de HeartStart aan te zetten.
Pagina 77
HeartStart vertelt u: mogelijke oorzaak aanbevolen actie ... dat de elektroden stevig • De elektroden zijn niet goed bij • Zorg dat de elektroden in hun op de huid moeten de patiënt aangebracht. geheel op de huid van de patiënt worden gedrukt zijn aangebracht.
Pagina 78
HeartStart vertelt u: mogelijke oorzaak aanbevolen actie ... dat de schok niet is • De elektroden maken mogelijk • Breng de elektroden stevig op de afgegeven geen goed contact met de huid borst van de patiënt aan. van de patiënt. •...
AANVULLENDE TECHNISCHE INFORMATIE DIE VEREIST IS VOOR EUROPESE CONFORMITEIT ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT Richtlijnen en verklaring van de fabrikant: De Philips HeartStart-defibrillator is getest op en voldoet aan de volgende normen: NORMEN WAARAAN WORDT VOLDAAN IEC-norm editie van compliantie en soortgelijke normen...
ELEKTROMAGNETISCHE EMISSIES emissietest compliantie elektromagnetische omgeving – richtlijnen Groep 1 De HeartStart gebruikt alleen RF-energie voor de interne CISPR 11 Klasse B werking. De RF-emissies zijn daardoor zeer laag en het is onwaarschijnlijk dat storing zal optreden in nabijgelegen elektronische apparatuur. ELEKTROMAGNETISCHE IMMUNITEIT Excessieve elektromagnetische interferentie kan verstorend werken op het vermogen van de HeartStart om het hartritme van de patiënt te interpreteren...
Pagina 81
(bijv. bij lage vochtigheidsgraad, synthetische vloerbedekking, enz.). Als veiligheidsmaatregel zijn de AED’s van Philips voorzien van een gepatenteerde methode voor detectie van mogelijke beschadiging van het ECG-signaal door zulke storingen, waarbij de gebruiker geïnstrueerd wordt alle beweging te stoppen.
Pagina 82
AANBEVOLEN SCHEIDINGSAFSTANDEN VOOR DRAAGBARE EN MOBIELE RF-COMMUNICATIEAPPARATUUR EN DE HEARTSTART De HeartStart is bestemd voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin storingen door uitgestraalde RF-energie beheerst worden. De klant of gebruiker van de HeartStart kan elektromagnetische interferentie helpen voorkomen door een minimumafstand aan te houden tussen draagbare en mobiele radiocommunicatieapparatuur (zenders) en de HeartStart zoals hieronder vermeld, naargelang het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur.
TIMING VAN DE SCHOKCYCLUS Dankzij de Quick Shock-functie van de HeartStart kan deze gemiddeld binnen 8 seconden na een reanimatiepauze een schok afgeven. De tijd tussen schokken bedraagt voor de HeartStart gemiddeld < 20 seconden, inclusief analyse. Na 15 schokken bedraagt de tijd voor de HeartStart < 30 seconden van analyse tot gereedheid voor schokafgifte.