A P P A R A A T S T A T U S L A M P J E S
Gaat aan wanneer u de computer aanzet en knippert wanneer de computer in een
energiebeheermodus staat.
Gaat branden als de computer gegevens leest of wegschrijft.
KENNISGEVING:
het
Gaat aan en brandt aanhoudend/knippert om de status van de batterijinhoud aan te geven.
Als de computer is aangesloten op een stopcontact, werkt het lampje
•
Aanhoudend groen: De batterij wordt opgeladen.
•
Knipperend groen: De batterij is bijna volledig opgeladen.
Als de computer door een batterij wordt gevoed, zal het lampje
•
Uit: De batterij is voldoende opgeladen (of de computer staat uit).
•
Knipperend oranje: De batterij begint leeg te raken.
•
Aanhoudend oranje: De batterij is vrijwel geheel leeg.
U voorkomt gegevensverlies door de computer nooit uit te zetten terwijl
-lampje brand.
als volgt:
als volgt werken:
Een rondleiding door uw computer
17