Opbouw van een foutmelding
De foutmelding is volgens het volgende patroon opgebouwd: bijv. foutmelding "520192-19
"
CAN1
520192
SPN (Suspect Parameter
Number) = storingsnummer
Foutmelding bevestigen
De foutmelding noteren.
Kort op
Æ Het akoestische signaal stopt en de foutweergave wordt niet meer weergegeven. Als de
storing weer optreedt, wordt de foutmelding opnieuw weergegeven.
De fout verhelpen,
Bevestigde en nog aanwezige foutmeldingen kunnen via het menu "Foutenlijst"
of via de statusregel
22.1.1.1
Mogelijke foutsoorten (FMI)
Er zijn verschillende foutsoorten die onder het begrip FMI (Failure Mode Identification) en met
een bijbehorende afkorting worden weergegeven.
FMI
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
BiG Pack 1290
Originele handleiding 150000749_03_nl
Storingen van het elektrisch systeem/elektronica
19
FMI=soort fout,
drukken.
zie
pagina 254.
(zie
pagina 132) weer worden weergegeven.
Betekenis
De bovenste grenswaarde is ver overschreden.
De bovenste grenswaarde is ver onderschreden.
De gegevens zijn niet toegestaan.
Er is overspanning opgetreden of een kortsluiting naar voedingsspanning.
Er is onderspanning opgetreden of een kortsluiting naar aarde.
Er is een kabelbreuk opgetreden of de stroomsterkte is te gering.
Er is een massasluiting opgetreden of de stroomsterkte is te hoog.
Het mechanisme reageert niet of er treedt geen verwachte gebeurtenis op.
De frequentie is niet toegestaan.
Er is een niet normaal update-percentage opgetreden.
Er is een niet normaal wijzigingspercentage opgetreden.
De foutoorzaak is onbekend.
Er is een interne fout opgetreden.
De waarden van de kalibratie liggen buiten het waardenbereik.
Er zijn bijzondere aanwijzingen nodig.
De bovenste grenswaarde is bereikt.
De bovenste grenswaarde is overschreden.
De onderste grenswaarde is bereikt.
Storing, oorzaak en oplossing
CAN1
zie pagina 251
Symbool
22
22.1
(zie
pagina 191)
251