16
Instellingen
16.7
Touwspanning aan ondertouw controleren of instellen
16.7
Touwspanning aan ondertouw controleren of instellen
1
BP000-194
De touwremmen (1) voor de ondertouwen bevinden zich achter de inbrenger onder het
perskanaal. De touwspanning richt zich naar het gekozen perstouw en moet gecontroleerd
worden. Een te hoog ingestelde touwspanning kan knoperstoringen veroorzaken en de
betroffen onderdelen belasten.
De fabrieksinstelling geldt voor KRONE Original perstouwen met een looplengte van 100-130
m/kg.
Als een perstouw met een andere looplengte wordt gebruikt en knoperfouten optreden, moet de
touwrem worden ingesteld. Om de touwrem in te stellen, contact opnemen met de
KRONE klantenservice.
Fabrieksinstelling maat X=70 mm
Spankracht vergroten
De maat X met de vleugelmoer (2) verkleinen.
Spankracht verkleinen
De maat X met de vleugelmoer (5) vergroten.
16.8
Knoperblazer instellen
BP000-209
De luchtkleppen zijn in de fabriek vooraf ingesteld. Een kleine boring naast het gatenpatroon (2)
markeert de fabrieksinstelling.
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
Om de luchtstroom in het luchtkanaal te wijzigen, de luchtgeleidingsplaat (1) met de hand
optillen en in het gatenpatroon (2) verzetten.
210
3
2
zie
pagina 28.
Originele handleiding 150000749_03_nl
1
BiG Pack 1290