We raden aan dat u winterbanden of
banden voor alle weersomstandigheden
met dit symbool gebruikt bij temperaturen
van 7°C of lager, of in sneeuw en ijs.
Pomp de winterbanden op tot de
bandenspanning in de tabel met
bandenspanning. Zie Bandenspanning
(bladzijde 408).
GEBRUIK VAN
SNEEUWKETTINGEN
WAARSCHUWING: Als u
winterbanden op uw auto plaatst,
moeten deze dezelfde bandenmaat,
constructie en toegestane belasting
hebben als de originele banden die op
het bandenlabel staan, en moeten ze op
de vier wielen worden geplaatst. Een
combinatie van banden van een
verschillende bandenmaat of constructie
op uw auto plaatsen kan een negatief
effect hebben op het rijgedrag en het
remmen van uw auto, en kan ertoe leiden
dat u de controle over uw auto verliest.
Volg deze richtlijnen wanneer u
winterbanden en tractiesystemen gebruikt
•
Voorkom indien mogelijk dat uw auto
volledig wordt geladen.
•
Koop kettingen of kabels bij een
fabrikant die de beperkingen voor de
afmetingen van de carrosserie ten
opzichte van de band duidelijk
vermeldt.
•
Gebruik uitsluitend sneeuwkettingen
of kabels van 10 mm op de vooras met
bandenmaten 225/65R17 of
225/60R18.
•
Niet alle sneeuwkettingen of kabels
van de S-klasse voldoen aan deze
beperkingen. Kettingen van dit
beperkte formaat omvatten een
spaninrichting.
Kuga (CTD) Vehicles Built From: 08-02-2021 Vehicles Built Up To: 21-06-2021, CG3851nlNLD nlNLD, Edition date: 202012, First-Printing
Wielen en banden
•
•
•
•
•
•
Neem contact op met uw erkende dealer
als u vragen hebt over sneeuwkettingen of
kabels.
CONTROLESYSTEEM LAGE
BANDENSPANNING
controlesysteem lage bandenspanning
vormt geen vervanging voor de
handmatige controle van de
bandenspanning. U moet de
bandenspanning regelmatig controleren
met een bandenspanningsmeter. Als de
juiste bandenspanningen niet worden
aangehouden, kan het risico op een
klapband, verlies van controle, kantelen
van de auto en verwondingen toenemen.
398
De sneeuwkettingen of kabels moeten
per twee worden geplaatst, alleen op
de vooras.
Rijd niet met sneeuwkettingen of
kabels op banden van maat 225/55R19
of 245/45R20
Breng de kabels op een veilige manier
aan en controleer dat de kabels geen
bedrading, remleidingen of
brandstofleidingen raken.
Als u rijdt met kettingen op de banden,
mag u niet harder rijden dan 48 km/h
of dan de maximumsnelheid die wordt
aanbevolen door de kettingfabrikant -
de laagste snelheid is van toepassing.
Rijd voorzichtig. Als u hoort dat de
kabels tegen de auto schuren of
botsen, stop dan en maak ze opnieuw
vast. Als dit niet werkt, verwijder dan
de kabels om schade aan de auto te
voorkomen.
Verwijder de kabels wanneer ze niet
meer nodig zijn. Rijd niet met kabels
rond de banden op een droog wegdek.
WAARSCHUWING: Het