Advertenties
Aandrijving op alle wielen
Basis werkingsprincipes
•
Rijd langzamer bij een sterke zijwind
die van invloed kan zijn op de normale
stuureigenschappen van de auto.
•
Rijd voorzichtig op oppervlakken die
glad zijn geworden door los zand,
water, gravel, sneeuw of ijs.
Indien uw auto de weg verlaat
Indien uw auto de weg verlaat, moet u de
voertuigsnelheid minderen en stevig
remmen vermijden. Is de rijsnelheid
afgenomen, rijd dan voorzichtig weer de
weg op. Geef geen ruk aan het stuur
wanneer u weer op de weg terugkeert.
Het is wellicht veiliger op de vluchtstrook
te rijden en geleidelijk snelheid te minderen
alvorens u op de weg terugkeert. U kunt de
controle over de auto verliezen als u geen
snelheid mindert of als u (bruusk) een ruk
aan het stuur geeft.
Het is minder risicovol kleine voorwerpen
zoals snelwegreflectoren te raken waarbij
minder schade aan de auto ontstaat dan
te proberen plotseling op de weg terug te
keren (dit kan leiden tot zijdelings
wegglijden van de auto (controleverlies)
of omslaan van de auto). Vergeet niet dat
uw veiligheid en die van anderen het
allerbelangrijkste is.
Manoeuvreren in een noodsituatie
Voorkom bij een onvermijdelijke
noodsituatie waarin een plotselinge
scherpe bocht moet worden gemaakt dat
u te ver of te lang met de auto blijft rijden
(het stuur zo snel en zo ver dan nodig
draaien om de noodsituatie te voorkomen).
Overmatig sturen kan leiden tot verlies van
de controle over de auto. Oefen een
gelijkmatige druk uit op het gaspedaal of
het rempedaal wanneer de
voertuigsnelheid moet worden gewijzigd.
Vermijd abrupte stuurbewegingen en
Kuga (CTD) Vehicles Built From: 08-02-2021 Vehicles Built Up To: 21-06-2021, CG3851nlNLD nlNLD, Edition date: 202012, First-Printing
(indien aanwezig)
abrupt accelereren en remmen. Dit kan
leiden tot een verhoogd risico op omslaan
van de auto, verlies van de controle over
de auto en letsel. Gebruik het beschikbare
wegdek om de auto in een veilige rijrichting
te sturen.
Voorkom in het geval van een noodstop
doorslippen van de banden en vermijd
scherpe stuurbewegingen.
Als de auto van het ene type wegdek naar
het andere wordt gereden (bijvoorbeeld
van beton naar gravel), dan verandert de
reactie van de auto op een manoeuvre
(bijvoorbeeld sturen, accelereren of
remmen).
Zand
Probeer tijdens het rijden op zand de vier
wielen op het stevigste gedeelte van het
terrein te houden. Verlaag de
bandenspanning niet. Schakel naar een
lagere versnelling en rijd tegen een
constante snelheid over het terrein. Bedien
het gaspedaal langzaam en voorkom
overmatige wielslip.
Rijd met de auto gedurende een langere
periode niet in diep zand. Hierdoor raakt
het systeem oververhit. Op het
informatiedisplay verschijnt een bericht.
Zie Informatiemeldingen (bladzijde 130).
Schakel om de werking te hervatten het
contact uit en laat het systeem minimaal
15 minuten afkoelen. Nadat het systeem
is afgekoeld verschijnt kort een bericht in
het informatiedisplay. Zie
Informatiemeldingen (bladzijde 130).
Tijdens rijden bij lage snelheden in diep
zand bij hoge buitentemperaturen moet u
indien mogelijk een lage versnelling
gebruiken. Rijden in een lage versnelling
maximaliseert het koelvermogen van de
motor en de transmissie.
242
Advertenties
