Gebruik de Windows-printerstuurprogramma
1.
Selecteer het tabblad Papier/kwaliteit.
2.
Klik op de knop Aangepast.
3.
Voer de naam en afmetingen van uw nieuwe papierformaat in.
4.
Druk op OK. Het nieuwe papierformaat wordt automatisch geselecteerd.
Een aangepast papierformaat dat op deze manier wordt gemaakt, heeft de volgende eigenschappen:
Het papierformaat is permanent. Het verdwijnt niet wanneer de stuurprogramma wordt afgesloten of
●
wanneer de computer wordt uitgeschakeld.
Het papierformaat is gekoppeld aan de printerwachtrij. Het is niet te zien in andere printerwachtrijen op
●
dezelfde computer.
Op domeinservernetwerken is het papierformaat gekoppeld aan de computer. Het is niet te zien op
●
andere computers die dezelfde wachtrij delen.
In werkgroepnetwerken wordt het papierformaat gedeeld tussen alle computers die de afdrukwachtrij
●
delen.
Als de afdrukwachtrij wordt verwijderd, dan wordt het papierformaat ook verwijderd.
●
Windows-formulieren gebruiken
1.
Selecteer in het startmenu of in het Configuratiescherm de optie Printers en faxen.
2.
Selecteer in het menu Bestand, Servereigenschappen.
3.
Markeer in het tabblad Formulieren de optie Een nieuw formulier maken.
4.
Voer de naam en afmetingen van uw nieuwe papierformaat in. Laat de marges op 0,00 staan.
5.
Druk op de knop Formulier opslaan.
6.
Ga naar het printerstuurprogramma en selecteer het tabblad Papier/kwaliteit.
7.
Selecteer Meer... uit de vervolgkeuzelijst van papierformaten.
8.
Selecteer uw nieuwe papierformaat in de groep van aangepaste formaten.
Een aangepast papierformaat dat op deze manier wordt gemaakt, heeft de volgende eigenschappen:
Het papierformaat is permanent. Het verdwijnt niet wanneer de stuurprogramma wordt afgesloten of
●
wanneer de computer wordt uitgeschakeld.
Beperkte gebruikers kunnen geen papierformulieren maken. De rol 'manage documents' (documenten
●
beheren) in Windows Active Directory is de minimale vereiste.
Het papierformaat is gekoppeld aan de computer. Het is te zien in alle wachtrijen die zijn gemaakt op de
●
computer en die ondersteuning bieden voor het betreffende formaat.
Als er een afdrukwachtrij wordt gedeeld, wordt dit papierformaat getoond in alle clientcomputers.
●
74
Hoofdstuk 8 Afdrukken
NLWW