6
G
EBRUIKERSINTERFACE
Als het segment van de potjescode die wordt gebruikt in de glaasjescode eindigt met een
bepaald teken, tik dan op het driehoekje naast "Segmentlengte" om het veld "Eindigen bij teken"
te bekijken.
A. Tik op de naam Eindigen bij teken om het te selecteren.
B. Tik op het lege vakje om het toetsenblok te openen.
C. Voer met het toetsenblok het teken in waar het segment van de potjescode die wordt gebruikt
in de glaasjescode mee eindigt. Dit teken wordt behandeld als een grens en wordt niet
meegenomen wanneer het segment van de potjescode wordt gebruikt in andere gedeelten
van de instellingen onder Barcodes configureren.
D. Druk op Klaar om het toetsenblok te sluiten.
4. Druk op Wijzigingen opslaan om de veranderingen op te slaan.
Tekens vervangen
De ThinPrep 5000-processor met AutoLoader kan worden geconfigureerd voor het graveren van
glaasjescodes die overeenkomen met potjescodes waarvan bepaalde tekens zijn vervangen.
Identificatiecodedeel
Voorbeeld
1. Tik op de knop Tekens vervangen.
2. Tik op het vakje naast "Te vervangen tekens" om het toetsenblok te openen.
3. Gebruik het toetsenblok om tekens in te voeren die moeten worden vervangen in de potjescode.
4. Voer met het toetsenblok de tekens in die de tekens van de potjescode in de glaasjescode
vervangen.
5. Druk op Klaar om het toetsenblok te sluiten.
6. Druk op Wijzigingen opslaan om de informatie van de vervangen tekens op te slaan.
6.56
Gebruikershandleiding ThinPrep
van het potjeslabel
AB-CD-1234
®
5000-processor met AutoLoader
Glaasjescode
AB-XY-1234