9.
Controleer of er een ononderbroken straal water uit de indicatieopening van de waterpomp komt.
BELANGRIJK: Als er geen water uit de indicatieopening van de waterpomp komt, zet de motor dan af en
controleer of de koelwaterinlaat verstopt is. Als er geen verstopping is, kan dit betekenen dat de waterpomp
defect is of dat het koelsysteem verstopt is. Dit heeft oververhitting van de motor tot gevolg. Laat de
buitenboordmotor door uw dealer nakijken. Als de motor wordt gebruikt terwijl hij oververhit is, kan de motor
ernstige schade oplopen.
MOTOR OPWARMEN
Voordat u de motor gebruikt, laat u hem drie minuten stationair draaien om op te warmen.
Schakelen
BELANGRIJK: Denk aan het volgende:
•
Zet de buitenboordmotor alleen in of uit versnelling terwijl de motor stationair draait. Als u schakelt bij
een hoger motortoerental dan stationair, kan het onderwaterhuis beschadigd raken.
•
Schakel de buitenboordmotor niet naar achteruit als de boot sneller dan 6 km per uur vaart. Als u bij
een hogere vaarsnelheid in achteruit schakelt, kan de motor afslaan, wat er soms toe leidt dat er water
in de cilinders wordt gezogen: dat veroorzaakt ernstige motorschade.
•
Schakel de buitenboordmotor niet naar achteruit als de motor niet draait. Anders kunnen de
schakelverbindingen beschadigd raken.
•
De buitenboordmotor heeft drie schakelstanden voor bedrijf: vooruit, neutraal (uit de versnelling) en
achteruit.
BEDIENING
N
F
R
28521
R
N
28523
36
F
nld