Algemene informatie
Waarschuwing
Als het tractiecontrolesysteem niet
werkt, moet voorzichtigheid in acht
worden genomen bij het accelereren
en het nemen van bochten op een nat
of glad wegoppervlak om doorslippen
van het achterwiel te voorkomen.
Indien
er
een
brandt
het
Tractiecontrole uitgeschakeld mogelijk
tegelijkertijd met het storingslampje
voor het motormanagementsysteem
en/of het ABS-waarschuwingslampje.
Rijd niet langer door dan noodza-
kelijk wanneer een of meer van de
bovenstaande waarschuwingslampjes
branden.
Neem
contact op met een erkende Triumph-
dealer,
om
de
inspecteren en verhelpen.
Snel accelereren en bochten nemen
kan in deze situatie doorslippen van
het achterwiel veroorzaken, wat kan
leiden tot verlies van de controle over
de motorfiets en een ongeluk.
Alle motorfietsen zijn uitgerust met
tractiecontrole (TC). Tractiecontrole is
een systeem dat helpt de grip op de
weg te behouden tijdens het accele-
reren op natte of gladde wegen. Als de
sensoren detecteren dat het achterwiel
zijn grip op de weg verliest (slipt), treedt
het tractiecontrolesysteem in werking
en wijzigt het motorvermogen tot de
grip van het achterwiel is hersteld.
78
storing
optreedt,
waarschuwingslampje
zo
snel
mogelijk
storing
te
laten
Het indicatielampje van de tractie-
controle knippert terwijl dit systeem is
ingeschakeld en er kan een verandering
in het geluid van de motor worden
opgemerkt. Voor informatie over de
werking van het indicatielampje van de
tractiecontrole, zie pagina 42.
Let op
Tractiecontrole is mogelijk niet altijd
actief, afhankelijk van de geselecteerde
rijmodus.
Tractiecontrole
voor
optimaal
gemonteerd) werken mogelijk niet als
er een storing is in het ABS-systeem.
In dat geval kan waarschuwingslampje
voor het ABS, de tractiecontrole en het
storingslampje gaan branden.
en
Tractiecontrole
bochtenwerk
(indien