AWHP MIV-II
5.3
De installatie bijvullen met water
23/04/2013 - 300023324-001-03
4 Open en sluit de radiatorkranen meerdere keren per jaar om deze
draaibaar te houden.
T000181-B
4 Reinig de buitenzijde van de warmtepomp met een vochtige doek
en een zacht reinigingsmiddel.
OPGELET
Alleen een vakman is bevoegd tot het reinigen van de
binnenzijde van de warmtepomp.
M002277-A
De waterdruk van de installatie moet tussen 1,5 en 2 bar liggen.
Eventueel de installatie bijvullen met water:
1. Open de kranen van alle op de installatie aangesloten radiatoren.
2. Stel de ruimtethermostaat af op een zo laag mogelijke
temperatuur.
3. Zet de warmtepomp in de modus uit/vorstvrij.
¼ "Wijziging van de werkingsmodus", pagina 16
T000181-B
5. Controle en onderhoud
20