Thermische beveiligingen van de compressor (beveiligingen van
het circuit)
De compressormotoren zijn uitgerust met thermische beveiligin-
gen (Q*M). Deze beveiligingen worden in werking gesteld als de
temperatuur van de compressormotor te hoog wordt.
Als de temperatuur weer haar normale niveau heeft bereikt
zullen de beveiligingen automatisch worden teruggesteld. U
dient de besturing van het circuit echter manueel terug te
stellen.
Thermische
beveiligingen
(beveiligingen van de onderdelen)
De ventilatormotoren van de condensor zijn uitgerust met
beveiligingen (Q*F). Deze beveiligingen worden in werking
gesteld als de temperatuur van de ventilatormotor te hoog
wordt. Als de temperatuur weer haar normale niveau heeft
bereikt
zullen
de
teruggesteld.
Debietschakelaar (algemene beveiliging)
De unit is beveiligd met een debietschakelaar (S8L).
Als het niveau van de waterstroom lager wordt dan de minimaal
toegestane waterstroom, schakelt de debietschakelaar de unit
uit. Als de waterstroom weer zijn normale niveau heeft bereikt
zal de beveiliging automatisch worden teruggesteld. U dient
echter de algemene besturing manueel terug te stellen.
Thermische beveiligingen voor de uitlaat (beveiligingen van het
circuit)
De unit is uitgerust met thermische beveiligingen voor de uitlaat
(S*T). Deze beveiligingen worden in werking gesteld als de
temperatuur van het koelmiddel dat de compressor verlaat te
hoog wordt. Wanneer de temperatuur weer normaal geworden
is, keert de beveiliging terug naar de begintoestand en moet de
besturing manueel teruggesteld worden.
Vorstbeveiliging (algemene beveiligingen)
De vorstbeveiliging voorkomt dat het water in de verdamper
tijdens de werking bevriest. Wanneer de temperatuur van het
uitlaatwater te laag wordt, schakelt de besturing de unit uit. Als
de watertemperatuur aan de uitlaat weer normaal wordt, moet
de besturing manueel worden teruggesteld.
Lagedrukbeveiliging (beveiligingen van het circuit)
Als de aanzuigdruk van een circuit te laag wordt, zal de
besturing van het circuit het circuit uitschakelen. Als de druk
weer zijn normale niveau heeft bereikt, kan de beveiliging via de
besturing van het circuit worden teruggesteld.
Drukveiligheidsklep (algemene beveiligingen)
De veiligheidsklep wordt in werking gesteld als de druk in het
koelcircuit te hoog wordt. Als dit gebeurt dient u de unit uit te
schakelen en uw plaatselijke verdeler te raadplegen.
Hogedrukschakelaar (beveiligingen van het circuit)
Elk circuit is beveiligd door twee hoge drukschakelaars (S*PH)
die de condensordruk (druk aan de compressoruitlaat) meten.
Ze bevinden zich in de compressoromkasting van het circuit. Als
de druk te hoog wordt worden de drukschakelaars in werking
gesteld en het circuit uitgeschakeld.
De instelling van de schakelaars gebeurt in de fabriek en mag
niet worden gewijzigd. Bij inwerkingstelling moeten ze worden
teruggesteld met behulp van een schroevendraaier. De
besturing moet ook nog worden teruggesteld.
Fasebeveiliging (beveiligingen van het circuit)
De fasebeveiligingen (R*P) voorkomen dat de schroef-
compressoren in de omgekeerde richting zouden draaien. Als
de compressoren niet starten dient u twee fasen van de voeding
om te keren.
Interne bedrading - Tabel met onderdelen
Raadpleeg het intern elektrisch schema dat met de unit is mee-
geleverd. De gebruikte afkortingen hebben de volgende betekenis:
A1,A2..........** ....... Stroomtransformator/ampèremeter voor circuit 1,
circuit 2
A1P........................ Printkaart besturing
EWAD120~340MBYNN
Luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen
4PW22683-1
van
de
ventilatormotoren
beveiligingen
automatisch
A11P ...................... Uitbreidingskaart besturing
B1P,B4P ................. Lagedrukzender voor circuit 1, circuit 2
B2P,B5P ................. Hogedrukzender voor circuit 1, circuit 2
C1~C3.................... Condensator
E1HC,E2HC........... Carterverwarming compressor circuit 1, circuit 2
E3H,E4H ................ Verdamperverwarming circuit 1, circuit 2
F1U~F3U ... #......... Hoofdzekeringen
F4U,F5U .... #......... Zekeringen van de verdamperverwarmer
F6B ........................ Zekering voor primaire spanning van TR1
F7B ........................ Zekering voor secundaire spanning van TR1
F8U ........................ Schommelingsvrije zekering van TR1
worden
F9B ........................ Zekering voor secundaire spanning van TR2
F10S,F11S............. Onderbrekingsschakelaars met zekeringen voor
F12B,F13B............. Automatische zekering voor ventilatormotoren
H1P ............ * ......... Controlelamp voor algemene werking
H2P ............ * ......... Controlelamp voor alarm
H3P,H4P..... * ......... Werkingslampje voor compressor 1,
H5P ............ * ......... Veranderlijke output
J1 ........................... Voeding
J2,J3,J6.................. Analoge input
J4 ........................... Analoge output
J5,J7,J8,J19........... Digitale input
J11,J23 .................. RS485-aansluiting
J12~J18,J21,J22.... Digitale output
K1A,K4A ................ Hulprelais voor beveiliging circuit 1, circuit 2
K2A,K5A ................ Hulprelais compressor thermische beveiliging
K3A,K6A ................ Hulprelais voor afvoer thermische beveiliging
K7A,K8A ................ Hulprelais voor beveiliging van hogedruk
K1M,K4M ............... Lijncontactschakelaar voor circuit 1, circuit 2
K2M,K5M ............... Driehoeksaansluitingen voor circuit 1, circuit 2
K3M,K6M ............... Steraansluitingen voor circuit 1, circuit 2
K7F,K10F ............... Ventilatorcontactschakelaar voor circuit 1,
K8F,K11F ............... Ventilatorcontactschakelaar voor circuit 1,
K9F,K12F ............... Ventilatorcontactschakelaar voor circuit 1,
K17S,K18S ............ Overstroomrelais voor circuit 1, circuit 2
L1,L2,L3 ................. Netstroomaansluitingen
M1C,M2C............... Compressormotoren circuit 1, circuit 2
M1S,M2S ............... Traploze capaciteitsregeling voor compressor
M11F-M14F ........... Ventilatormotoren circuit 1
M21F-M24F ........... Ventilatormotoren circuit 2
PE .......................... Hoofdaardklem
Q1M,Q2M .............. Thermische beveiliging compressormotor
Q11F-Q14F............ Thermische beveiligingen van de
Q21F-Q24F............ Thermische beveiligingen van de
R1,R2..................... Hulpweerstand voor feedback
R1F,R2F ................. Feedbackweerstand voor circuit 1, circuit 2
R1P,R2P................. Fasebeveiliging circuit 1, circuit 2
(alleen voor EWAD240~340)
circuit 1, circuit 2
(alleen voor EWAD240~340)
circuit 1, circuit 2
compressor 2
circuit 1, circuit 2
circuit 1, circuit 2
circuit 1, circuit 2
circuit 2
circuit 2
circuit 2
circuit 1, circuit 2
circuit 1, circuit 2
ventilatormotoren circuit 1
ventilatormotoren circuit 2
Gebruiksaanwijzing
4