6-4
HEARTSTART M5066A
Samenvatting van paraatheid
VERSCHIJNSEL
groen Klaar-lampje
knippert
groen Klaar-lampje
brandt constant
groen Klaar-lampje
is uit
......de HeartStart
kwettert,
...de i-knop knippert
groen Klaar-lampje
is uit
......de HeartStart
kwettert niet
...de i-knop knippert
niet
Aanbevolen handeling tijdens een noodgeval
Als de defibrillator om de een of andere reden niet aangaat als u aan het
handvat van de SMART-padscassette trekt:
1. Druk op de aan/uitknop
2. verwijder de batterij, wacht vijf seconden en installeer hem weer of
vervang hem door een nieuwe batterij (wanneer beschikbaar). Nadat u
de batterij geïnstalleerd hebt, drukt u nogmaals op de aan/uitknop om de
defibrillator aan te zetten.
Als het probleem aanhoudt, mag u de defibrillator niet gebruiken. Verzorg de
patiënt (voer zo nodig CPR uit) totdat het ambulancepersoneel arriveert.
BETEKENIS
De defibrillator heeft de zelftest na batterijinstallatie of
de laatste periodieke zelftest met goed gevolg voltooid
en is klaar voor gebruik.
De defibrillator wordt gebruikt of er is een zelftest in
uitvoering.
Er is een fout geconstateerd tijdens een zelftest, er is
een probleem met de elektrodecassette of de batterij
is bijna leeg.
Er is geen batterij geïnstalleerd, de batterij is leeg of de
defibrillator moet gerepareerd worden.
. Als dat de defibrillator niet aanzet: