Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

F.5 Alternatieve Montages, Krachtenberekening En Berekening Van Omloopversterking; F.5.1 Horizontale Montage - ABB PFEA111 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Elektronische baanspanningsbesturingseenheid PFEA111/112/122, Gebruikershandleiding
Bijlage F PFCL 201 - Ontwerp van de krachtopnemerinstallatie
F.5 Alternatieve montages, krachtenberekening en berekening
van omloopversterking

F.5.1 Horizontale montage

PFCL 201
Er is geen verticale baanspanning
die aangrijpt op de krachtopnemer.
F
= T × (sin α + sin β)
R
F
RT
F
Rtot
T (Tension)
Wrap gain
Wrap gain
T
α
F
= T × (sin α + sin β)
R
F
RT
F
Rtot
T (Tension)
Wrap gain
Wrap gain
F-4
Tarra
α
Tarra
T
F
R
= Tarra
= T × (sin α + sin β) + Tarra
= F
+ F
R
RT
×
=
Wrap gain
F
R
T
T
------- -
=
=
--------------------------------------- -
F
(
α
β
T
sin
+
sin
R
1
=
------------------------------ -
sin
α
+
sin
β
F
R
T
Tarra
= Tarra
= F
− F
= Tarra - T × (sin α + sin β)
RT
R
×
=
Wrap gain
F
R
T
T
------- -
=
=
--------------------------------------- -
F
T
(
sin
α
+
sin
β
R
1
=
------------------------------ -
α
β
sin
+
sin
In de meeste gevallen is horizontale montage de meest
T
logische en eenvoudige oplossing. Indien mogelijk
moet de krachtopnemer daarom in horizontale stand
gemonteerd worden.
T
Als het ontwerp van de machine echter een schuine
montage van de krachtopnemer vereist, of als het
baantraject niet voldoende verticale kracht levert, is het
mogelijk de krachtopnemer schuin te monteren, hoewel
de berekeningen iets lastiger zijn (zie
β
De krachtopnemer meet de verticale krachten die
aangrijpen op het bovenvlak. De horizontale krachten
T
worden niet gemeten en hebben geen invloed op de
verticale meting. Er zijn twee bronnen van verticale
krachten: de baanspanning en de tarra van de rol.
Deel de totale verticale kracht F
benodigde capaciteit van elke krachtopnemer te weten
te komen.
Dimensioneer de krachtopnemer van ABB niet op
mogelijke overbelasting, omdat de krachtopnemer
van zichzelf voldoende overcapaciteit heeft.
)
De krachtopnemer kan zowel baanspanning als
compressie meten.
Als T (sin α + sin β) groter is dan de tarra, zal
de krachtopnemer onder spanning staan.
β
Voor het verkrijgen van de capaciteit van elke
krachtopnemer:
1. Deel (F
als F
R
2. Deel Tarra door twee
als F
R
)
door twee om de
Rtot
- Tarra) door twee
R
groter dan of gelijk is aan (Tarra × twee).
kleiner is dan (Tarra x twee).
3BSE029380R0229 Rev B
Paragraaf
F.5.2).

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Pfea112Pfea122

Inhoudsopgave