3.4
3.5
35.1
3.5.2
3.5.3
3.6
3.6.1
3.7
3R
3 9
Het vullen van de zaadkast
_.
Het irrstellen van de zaaihoeveelheid
Instellen van de aandrijfkast
.
.
_. . .
.
_.
.
_.
.
.
Verschillen
tussen de afdraaiproef
en de uitzaaihoeveelheid
.
De weg naar het land (over openbare
wegen)
Instellen
van de wielspoorwisserscharen;
4
4.1
5
19
19
21
51
_......................................................_
21
21
5
23
7
7.1
7.2
7.3
7.4
7.5
.
. .
.
Bandenspanning
.__._,_..,_..,,.,...,.
_.
. .
.
.
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. .
.
23
23
23
23
23
23
8
8.1
8 1.1
8.2
83
8.3.1
8.4
8.5
8.6
8.7
8.7.1
8.7.2
8.8
8.9
8.9.1
8.9.2
8.9.3
8.9.4
8.10
8.11
8.12
8.13
8.14
8.15
........................................
................
................
....................................................
Hydraulische
zaairad-rijsporen
schakeling
met Slingveerkoppeling
..........................................
.....................
...............................................
...............................................
........
.:
...................
...........................
.........................
.........................
Kontrolemogelijkheden
bij instelling
van het ontsmettingsapparaat
...
.............
Hydraulische
afstandsbediening
van de zaaihoeveelheid
verstelling
...................................
.................................
...............................................
.................................
...................
.................................................
.
25
25
27
27
27
29
29
30
33
33
33
35
35
37
37
39
39
38
41
43
45
45
45
47
9
10
10.1
10.2
. .
.
.
.
.
. . . .
.........
.........
.........
.
. .
.
.
.
.
. .
.
.
.
48
51
52
53
3