0555 WISSELTIJD
0555
24 uren
Mogelijke instellingen:
Met deze parameter is het mogelijk een automatische wisseling van de MASTER-pomp en
de reservepompen uit te voeren om slijtage te voorkomen en gelijke bedrijfsuren bij de
pompen te bereiken.
De Schakelinterval is alleen geldig voor MASTER-omvormers van HYDROVAR (via de RS-485
interface aangesloten) bij de bedrijfsmodus Cascadeserie of Synchrone cascade.
Synchronisatiebesturing
Door de modus voor synchronisatiebesturing te gebruiken, onderhouden alle pompen in
het systeem de ingestelde druk door op dezelfde frequentie te werken.
e
De 2
pomp start als de 1
WERK.WRDE.VERL. [0510] valt -> beide pompen werken synchroon.
De reservepomp stopt zodra de frequentie onder de ingestelde SYNCHR. LIMIET [0560]
valt. Deze functie creëert een hysteresiseffect waarmee wordt voorkomen dat de
reservepomp tegen een frequentie aan/uit werkt.
Om de juiste instelling te vinden, gaat u als volgt te werk:
• Start de eerste pomp in JOG-modus [62]; Verhoog de frequentie tot u de GEWENST.WAARD
bereikt. Controleer de frequentie ( = f
• Stel de synchronisatielimiet in (f
• Stel het synchronisatievenster in tussen 1 of 2 Hz
(afhankelijk van de pompcurve en het ingestelde punt).
0560 SYNCHR. LIM
0560
0,0 Hz
Mogelijke instellingen:
Deze parameter wordt gebruikt om de eerste reservepomp in synchronisatiemodus uit te
schakelen. Als bij beide pompen dus de frequentie onder deze geselecteerde waarde
gaat, stopt de eerste reservepomp.
0565 SYNCHR. VENST.
0565
2,0 Hz
Mogelijke instellingen:
Frequentielimiet om de volgende reservepomp uit te schakelen.
bijv. De 3
e
pomp uitschakelen:
Alle 3 de pompen werken op een frequentie < SYNCHR.LIMIET [0560] + SYNCHR.VNSTR.
[0565]
of: De 4
e
pomp uitschakelen:
Alle 4 de pompen werken op een frequentie < SYNCHR.LIMIET [0560] + 2X SYNCHR.VNSTR.
[0565]
Schakelinterval voor cyclische wisseling
(alleen voor cascadeserie / synchroon!)
0 – 250 uur
e
pomp de FRQ.INSCH. [0515] bereikt en de druk onder
) op nulverbruik
0
+ 2..3 Hz)
0
Frequentielimiet voor de regulering van de
synchronisatie
0 ,0 Hz – Max. frequentie
Frequentievenster voor de regulering van de
synchronisatie
0,0 – 10 Hz
80
G
S
G
S
G
S