0215 HELLINGSH. 1
0215
4 sec
Mogelijke instellingen:
• Overmatig snelle aanlooptijd kan een tijdens het opstarten van de HYDROVAR een fout
(OVERBELASTING) veroorzaken.
• Uitermate langzame aanlooptijd kan tijdens de werking een val bij de uitgaande druk
veroorzaken.
0220 HELLINGSH. 2
0220
4 sec
Mogelijke instellingen:
• Uitermate snelle aflooptijd kan een fout (OVERSPANNING) veroorzaken
• Uitermate langzame aflooptijd kan overdruk genereren.
0225 HELLINGSH. 3
0225
70 sec
Mogelijke instellingen:
• Een te snelle aanlooptijd kan trillingen en/of een fout (OVERBELASTING) veroorzaken.
• Een te langzame aanlooptijd kan tijdens wijziging van de opdracht, een val van de
uitgaande druk veroorzaken.
0230 HELLINGSH. 4
0230
70 sec
Mogelijke instellingen:
• Een te snelle aflooptijd leidt tot trillingen bij de HYDROVAR en daardoor bij de pomp.
• Een te langzame aflooptijd kan tijdens het wijzigen van de opdracht schommelingen bij
de druk veroorzaken.
0235 HEL. FMIN A
0235
2,0 sec
Mogelijke instellingen:
Snelle aanlooptijd tot de geselecteerde MIN. FREQUENTIE [0250] om de HYDROVAR te
starten.
Boven de Minimum frequentie begint HELLINGSH. 1 [0215] (snelle acceleratietalud) te
werken.
• Overmatig snelle aanlooptijd kan een tijdens het opstarten van de HYDROVAR een fout
(OVERBELASTING) veroorzaken.
HELLINGSH. 1: Snelle acceleratietijd
1 – 250 (1000) sec
HELLINGSH. 2: Snelle afremtijd
1 – 250 (1000) sec
HELLINGSH. 3: Langzame acceleratietijd
1 – 1000 sec
HELLINGSH. 4: Langzame afremtijd
1 – 1000 sec
Acceleratie HELLINGSH. Fmin
1,0 – 25,0 sec
67
G
G
G
G
G