20 SUBMENU STATUS
20
Met dit submenu is het mogelijk om van alle aangesloten eenheden de status te
controleren (inclusief storingen en motoruren).
21 STATUS UNITS
21
00000000
Deze parameter geeft een overzicht betreffende de status van de aangesloten eenheden.
-
In de modus Cascadeserie/Synchroon wordt de status van alle (max. 8) aangesloten
eenheden weergegeven (waarbij 1=geactiveerd / 0 = gedeactiveerd)
-
In de modus Cascaderelais (bij de MASTER is een extra relaiskaart aanwezig) wordt
de status van de 5 relais-schakelcontacten weergegeven.
bijv. Modus – Cascadeserie/synchroon
21 STATUS UNITS
11001000
bijv. Modus – Cascaderelais
21 STATUS UNITS
10100 - - -
22 SELECT.OMVOR.
22
*1*
Mogelijke instellingen:
Controleer de huidige status, de motoruren en de laatste fouten die zich hebben
voorgedaan.
De selectie hangt af van de geselecteerde modus [105].
Selecteer de gewenste eenheid door op ▲ of ▼ te drukken.
Modus CASCADESERIE/SYNCHROON:
De selectie geeft het adres van de HYDROVAR eenheden aan.
Bijv.
Apparaat 1 -> MASTER-omvormer met vooraf geselecteerd adres 1
Apparaat 2 -> BASIC-omvormer met vooraf geselecteerd adres 2
Apparaat 3 -> BASIC-omvormer met vooraf geselecteerd adres 3
Raadpleeg het hoofdstuk Adresseren, betreffende het instellen van het adres op een BASIC-
omvormer.
Raadpleeg parameter [106] of het submenu [1200] RS-485 interface, betreffende het
instellen van het adres op een MASTER-omvormer.
Status van alle eenheden in een pompgroep
Status van alle eenheden
Eenheid 1, 2 en 5 zijn in werking
Relais-contacten 1 en 3 zijn gesloten
Selecteer apparaat
1-8
56
G
S
G
G
S