Advertenties
Toepassingen:
Circulatiesystemen
De instelling f->fmin oververhitting bij de pomp veroorzaken als er geen
debiet door de pomp gaat => omlooplijn voor circulatiepompen!
0260 FMIN. TIJD
0260
Mogelijke instellingen:
Nadat de pomp gedurende deze geselecteerde tijd op minimum frequentie heeft gewerkt,
zal de pomp stoppen als de parameter CONFIG. FMIN [0255] op f -> 0 is ingesteld.
OPMERKING
Problemen met het afsluiten van de pomp bij 0 vraag (te klein of geen
druktank) kan worden opgelost als gedurende deze afremtijd de systeemdruk
wordt verhoogd.
0265 BOOST
0265
Mogelijke instellingen:
Deze parameter bepaalt de eigenschappen van de spannings-/frequentiekromme.
Het verwijst in het bijzonder naar de spanningsverhoging tijdens het opstarten van de
motor, als een percentage van de nominale spanning. Zorg dat u de instellingen zo laag
mogelijk houdt, zodat de motor niet bij lagere frequenties thermisch wordt overbelast.
Als de opvoer te laag is ingesteld, kan zich een fout (OVERBELASTING) voordoen omdat de
startspanning te hoog is.
0270 KNIE FREQ.
0270
50,0 Hz
Mogelijke instellingen:
In deze parameter kunt u de frequentie instellen waarmee de HYDROVAR zijn maximum
uitgangspanning moet leveren (= waarde van de aangesloten uitgangsspanning).
Voor standaard toepassingen moet deze frequentie in overeenkomst met de MAX.FRQ.
[0245] worden ingesteld (Standaard instelling 50 Hz).
Voorzichtig: Deze parameter is alleen voor speciale toepassingen bestemd!
Een foute instelling kan overbelasting veroorzaken en zelfs de motor
beschadigen.
0 s
5 %
Afremtijd om onder de MIN. FREQ. te sluiten
0 – 100 sec
De startspanning van de motor in % van
aangesloten toevoerspanning instellen
0 – 25% van de invoerspanning
Kniespanning
30,0 – 90,0 Hz
69
G
G
G
Advertenties
