Onderhoud
Figuur 40
2
2
Figuur 41
1. Contramoer
Toesporing afstellen
1.
Draai de contramoeren aan de uiteinden van de
stuurstangen los (fig. 41).
2.
Draai beide stuurstangen even veel om de
toesporing af te stellen tot 3 - 6 mm.
3.
Houd het uiteinde van elke stuurstang vast met
één sleutel en draai de contramoer met een
andere sleutel vast.
36
m–3421
1
1
m–3397
2. Stuurstang
Belangrijk: Zorg ervoor dat het platte vlak aan
de bovenkant van de voorste
uiteinden van de stuurstangen
evenwijdig is met de onderkant van
de stuurarm (fig. 42).
Figuur 42
Aanzicht vanaf voorzijde tractor, uiteinde van
stuurstang
1. Zo
4.
Controleer de toesporing nogmaals; zie
Toesporing meten, pagina 35.
Transmissie-olie
Onderhoudsinterval/Specificatie
Controleer het oliepeil elke 25 uur. Zorg ervoor dat
het oliepeil altijd tussen de markeringen op de
peilstok staat, als de cardanas koud is.
Type olie: SAE 10W–30 detergente olie,
(API serviceklasse SG, SH of hoger)
Oliepeil controleren
1.
Tractor op vlakke ondergrond parkeren.
2.
Stoel voorover kantelen.
2
2
1
m–3583
2. Niet zo