Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Toro Wheel Horse 520xi Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails Zie ook voor Wheel Horse 520xi:
Inhoudsopgave

Advertenties

FORM NR. 3319–217NL Rev A
Wheel Horse
520xi Tractor
Model nr. 73541 – 8900001 en hoger
Gebruikershandleiding
BELANGRIJK
Lees deze handleiding aandachtig door. De handleiding
:
bevat informatie ten behoeve van uw veiligheid en die van anderen. Zorg
dat u vertrouwd bent met de plaats en functie van de bedieningsorganen
voordat u de machine gaat gebruiken.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Toro Wheel Horse 520xi

  • Pagina 1 FORM NR. 3319–217NL Rev A Wheel Horse 520xi Tractor Model nr. 73541 – 8900001 en hoger Gebruikershandleiding BELANGRIJK Lees deze handleiding aandachtig door. De handleiding bevat informatie ten behoeve van uw veiligheid en die van anderen. Zorg dat u vertrouwd bent met de plaats en functie van de bedieningsorganen voordat u de machine gaat gebruiken.
  • Pagina 2: Inleiding

    Lees deze handleiding aandachtig door, zodat u leert hoe u de machine op de juiste wijze bedient en Wij bij Toro wensen dat u geheel tevreden bent met onderhoudt. Door het lezen van de handleiding kunt u dit nieuwe produkt. Aarzel daarom niet contact op te...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoud Blz. Blz. Veiligheid ......Koplampen en achterlichten ... . Veilige bediening .
  • Pagina 4: Veiligheid

    Veiligheid Deze machine voldoet ten minste aan de Bediening algemeen specificaties van B71.1–1996 van het Amerikaanse Zorg ervoor dat u alle instructies in de National Standards Institute, van kracht op het gebruikershandleiding en op de tractor gelezen, moment van produktie. Onjuist gebruik of begrepen en opgevolgd hebt voordat u de onderhoud door de gebruiker of eigenaar kan machine gaat gebruiken.
  • Pagina 5: Werken Op Hellingen

    Veiligheid 11. Handen, voeten, haar en losse kleding uit de Rijd langzaam en in een lage versnelling, zodat u buurt houden van het afvoergedeelte van niet hoeft te stoppen of te schakelen terwijl u op werktuigen, de onderkant van de maaier of de helling rijdt.
  • Pagina 6 V eiligheid Kinderen Onderhoud Er kunnen ernstige ongevallen gebeuren als de De motor stoppen en de bougiekabel(s) bestuurder niet let op de aanwezigheid van kinderen. losmaken voordat u onderhoud, reparatie of Kinderen worden vaak aangetrokken door de machine afstelling gaat verrichten. en het maaien.
  • Pagina 7 Veiligheid kunnen komen of voorwerpen kunnen worden uitgeworpen. Controleer deze onderdelen regelmatig en vervang ze indien nodig door onderdelen die door de fabrikant worden aanbevolen. Maaimessen zijn scherp en kunnen snijwonden veroorzaken. Maaimessen alleen met een doek of handschoenen aanpakken en extra voorzichtig zijn wanneer u er onderhoud aan verricht.
  • Pagina 8: Hellingsdiagram

    V eiligheid Hellingsdiagram Lees alle veiligheidsinstructies op pagina 2 - 5. HOUD DEZE RAND GELIJK MET EEN VERTICAAL OPPERVLAK (BOOM, GEBOUW, HEK, PAAL ENZ.)
  • Pagina 9: Veiligheids- En Instructieplaatjes

    Veiligheid Veiligheids- en instructieplaatjes De veiligheids- en instructieplaatjes zijn duidelijk zichtbaar voor de bestuurder aangebracht in de buurt van een mogelijk gevaar. Plaatjes die beschadigd of verloren zijn direct vervangen. OP KAP VAN AANDRIJFAS (Onderdeel nr. 98–1608)
  • Pagina 10: Controles Vóór Het Gebruik

    Controles vóór het gebruik Telkens voordat u de tractor gaat gebruiken, dient u het volgende te controleren: Brandstofvoorraad Motoroliepeil Vuil op de (3) luchtinlaatroosters Vuil in het motordeel Vuil op de achterste kap van de cardanas m–3584 Figuur 1 Het veiligheidssysteem 1.
  • Pagina 11: Motorkap Sluiten

    Controles vóór het gebruik Motorkap sluiten Til de steunstang op en laat de motorkap zakken (Fig. 2). Druk de motorkap omlaag totdat de vergrendeling sluit. m–3438 m–3318 Figuur 2 Figuur 3 1. Steunstang 1. Vergrendeling zijpaneel 2. Open sleuf Zijpanelen verwijderen POTENTIEEL GEVAAR Parkeer de machine op een vlakke ondergrond.
  • Pagina 12: Brandstof Bijvullen

    Controles vóór het gebruik Brandstof bijvullen Brandstoftank vullen Parkeer de machine op een vlakke ondergrond. Gebruik LOODVRIJE normaalbenzine voor Aftakas uitschakelen, parkeerrem aantrekken, automobielen (octaangetal minimaal 85). Als hefinrichting laten zakken en contactsleutel op loodvrije benzine niet verkrijgbaar is, kan gelode “STOP”...
  • Pagina 13: Motoroliepeil Controleren

    Controles vóór het gebruik Motoroliepeil controleren Parkeer de machine op een vlakke ondergrond. Aftakas uitschakelen, parkeerrem aantrekken, hefinrichting laten zakken en contactsleutel op “STOP” draaien om de motor te stoppen. Verwijder de sleutel. Open de motorkap. Maak de omgeving van de peilstok (fig. 4) m–3219 schoon, zodat er geen vuil in de peilstokbuis kan Figuur 5...
  • Pagina 14: Controleren Op Vuil

    Controles vóór het gebruik Controleren op vuil Belangrijk: De motor laten lopen met POTENTIEEL GEVAAR geblokkeerde grasleiplaat, vervuilde Het roterende luchtinlaatrooster en de of verstopte koelribben en/of aandrijfas kunnen letsel veroorzaken. verwijderde koelplaten leidt tot WAT KAN ER GEBEUREN motorschade door oververhitting. Vingers, handen, of losse kleding kunnen Parkeer de machine op een vlakke ondergrond.
  • Pagina 15: Veiligheidsschakelaars Controleren

    Controles vóór het gebruik Belangrijk: Vuil kan beter worden weggeblazen Veiligheidsschakelaars (fig. 8) dan weggewassen. Bij controleren gebruik van water ervoor zorgen dat dit niet op elektrische delen komt. Controleer altijd de veiligheidsschakelaars voordat u de tractor gebruikt. Instructies voor het controleren van het veiligheidssysteem vindt u in het hoofdstuk Gebruiksaanwijzing, pagina 14.
  • Pagina 16: Gebruiksaanwijzing

    Gebruiksaanwijzing Veiligheid staat voorop Parkeerrem Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies op Stel de parkeerrem altijd in werking wanneer u de pagina 2 - 7. Met behulp van deze informatie kunt u machine stopt of deze onbeheerd achterlaat. letsel van uw gezinsleden, omstanders, dieren en u Parkeerrem in werking stellen zelf voorkomen.
  • Pagina 17: Starten En Stoppen Van De Motor

    Gebruiksaanwijzing Starten en stoppen van de motor Starten Neem plaats op de bestuurdersstoel. Trap het rempedaal in. NB.: De motor kan alleen worden gestart wanneer u het rempedaal helemaal m–3257 ingetrapt houdt. Figuur 11 1. Handgas 3. Aftakasschakelaar Zet de aftakasschakelaar in de stand UIT 2.
  • Pagina 18: Bediening Van De Aftakas

    Gebruiksaanwijzing Bediening van de aftakas Het veiligheidssysteem Werking van het veiligheidssysteem Met de aftakasschakelaar schakelt u de elektrische koppeling van de aftakas in en uit. Het veiligheidssysteem is bedoeld om ervoor te Als de contactsleutel in de stand LOPEN of zorgen dat de motor alleen kan worden gestart als: VERLICHTING staat en de aftakas ingeschakeld is, U op de bestuurdersstoel zit...
  • Pagina 19: Instrumenten En Indicatielampjes

    Gebruiksaanwijzing Trap het rempedaal helemaal in en stel de Parkeerremlampje parkeerrem in werking. Druk de Als het parkeerremlampje AAN is, geeft dit aan dat aftakasschakelaar omlaag in de stand UIT en de parkeerrem in werking is gesteld. De machine rijdt start de motor.
  • Pagina 20: Vooruit En Achteruit Rijden

    Gebruiksaanwijzing Motorolietemperatuurmeter Deze meter geeft de temperatuur van de motorolie aan. Als de wijzer in het rode gebied komt, schakelt u POTENTIEEL GEVAAR de aftakas uit en laat u de motor stationair draaien om Door een te hoge rijsnelheid op hellingen hem af te laten koelen.
  • Pagina 21: Tractor Stoppen

    Gebruiksaanwijzing Plaats uw voet op het rijpedaal en druk de Tractor stoppen bovenkant van het pedaal langzaam in om vooruit te rijden, of druk de onderkant van het Om de machine te stoppen het rijpedaal loslaten, het pedaal in om achteruit te rijden (fig. 15). Hoe rempedaal intrappen, de aftakas uitschakelen, het verder u het pedaal in één van beide richtingen werktuig laten zakken en de contactsleutel in de stand...
  • Pagina 22: Hefinrichting Voor Werktuigen

    Gebruiksaanwijzing Hefinrichting voor werktuigen Werktuig laten zakken De hefinrichting (fig. 16) wordt gebruikt om Start de tractor. werktuigen te heffen en te laten zakken. Druk de bedieningshendel OMLAAG om het werktuig te laten zakken (fig. 17). m–3315 Figuur 17 1. Heffen - hendel omhoog 2.
  • Pagina 23: Koplampen En Achterlichten

    Gebruiksaanwijzing Schuinstand van het stuurwiel instellen De schuinstand van het stuurwiel kan in vier posities worden gezet. Zet het stuurwiel in een stand waarbij u de machine het best en het meest comfortabel kunt bedienen. Til de hendel op om het stuurwiel te m–3320 ontgrendelen (fig.
  • Pagina 24: Gebruik Van De Cruise Control

    Gebruiksaanwijzing Gebruik van de Cruise Control Cruise Control inschakelen Zet de tractor in beweging, zie Vooruit en De Cruise Control is een schakelaar (fig. 21) op het achteruit rijden, pagina 18. Terwijl u het rechter spatbord, waarmee u een vaste positie van het rijpedaal in een bepaalde stand ingetrapt houdt, rijpedaal instelt zonder uw voet te gebruiken.
  • Pagina 25: De Smart Turnt Stuurfunctie

    Gebruiksaanwijzing De Smart Turn stuurfunctie Tractor met de hand duwen De Smart Turn stuurfunctie verlaagt automatisch de Belangrijk: De tractor altijd met de hand rijsnelheid van de tractor bij scherpe bochten. De duwen; de tractor nooit slepen, snelheidsreductie staat in directe verhouding met de omdat de transmissie hierdoor scherpte van de bocht, tot een maximale beschadigd kan worden.
  • Pagina 26: Onderhoud

    Onderhoud MOGELIJK GEVAAR Als u de sleutel in het contactslot laat zitten, kan een onbevoegde de motor starten. WAT ER KAN GEBEUREN Per ongeluk starten van de motor kan leiden tot lichamelijk letsel van u of omstanders. GEVAARLIJKE SITUATIES VOORKOMEN Verwijder de sleutel uit het contactslot en trek de bougiekabel(s) van de bougie(s) af alvorens onderhoud te verrichten.
  • Pagina 27: Luchtfilter

    Onderhoud Elke Onderhoud Elke voor Elke Elke Elke Werkzaamheden stalling gebruik 5 uur 25 uur 50 uur Lakbeschadigingen - bijwerken * Vaker in stoffige, vuile omstandigheden Luchtfilter Onderhoudsinterval/Specificatie Schuimelement: reinigen en oliën na elke 25 bedrijfsuren of jaarlijks, waarbij het kortste interval moet worden aangehouden.
  • Pagina 28: Schuimelement Schoonmaken

    Onderhoud Schuimelement schoonmaken Was het schuimelement in warm water met vloeibare zeep. Als het element schoon is, het goed uitspoelen. Het element drogen door in een schone doek het water eruit te drukken. Ca. 25 - 50 ml olie op het element aanbrengen (fig.
  • Pagina 29: Motorolie

    Onderhoud Motorolie Onderhoudsinterval/Specificatie MOGELIJK GEVAAR Delen onder de motorkap zijn heet als de Olie verversen: motor heeft gelopen. Na de eerste 5 bedrijfsuren. WAT ER KAN GEBEUREN Aanraken van hete delen kan Na elke 100 bedrijfsuren. brandwonden veroorzaken. Type olie: detergente olie (API serviceklasse GEVAARLIJKE SITUATIES SG of SH) VOORKOMEN...
  • Pagina 30 Onderhoud Motoroliefilter vervangen Onderhoudsinterval/Specificatie Vervang het oliefilter elke 200 bedrijfsuren of bij elke olieverversing. Motorolie aftappen, zie Motorolie verversen/aftappen, pagina 27. Verwijder het oude filter en veeg het contactvlak van de filteraansluiting schoon (fig. 26). m–3262 Figuur 25 Smeer de rubber afdichtring van het nieuwe filter 1.
  • Pagina 31: Bougies

    Onderhoud Bougies Bougie verwijderen Aftakas uitschakelen, parkeerrem in werking Onderhoudsinterval/Specificatie stellen, hefinrichting laten zakken en de contactsleutel in de stand “STOP” draaien om de Vervang de bougies na elke 200 bedrijfsuren. motor te stoppen. Verwijder de sleutel uit het Controleer of de afstand tussen de midden- en contactslot.
  • Pagina 32: Bougies Controleren

    Onderhoud Bougies controleren Smeren Controleer het midden van de bougie(s) (fig. 28). Onderhoudsinterval/Specificatie Als de isolator lichtbruin of grijs is, functioneert de motor naar behoren. Een zwarte afzetting op De machine na elke 50 bedrijfsuren of jaarlijks de isolator duidt meestal op een vervuild doorsmeren, waarbij de kortste periode moet worden luchtfilter.
  • Pagina 33 Onderhoud Open het onderhoudsdeksel van de aandrijfas op Smeer de drie smeernippels (fig. 31). de cardantunnel bij de stoel, door de twee bevestigingsschroeven eruit te draaien. Til het deksel er daarna af (fig. 30). m–3419 Figuur 31 m–3422 Deksel weer aanbrengen en bevestigen. Figuur 30 1.
  • Pagina 34: Bandenspanning

    Onderhoud Stel altijd de parkeerrem in werking als u de machine stopt of onbeheerd achterlaat. Controleer de rem vóór elk gebruik. Als de parkeerrem slipt of onvoldoende remvermogen heeft, moet die worden afgesteld. Rem controleren Tractor op vlakke ondergrond parkeren, aftakas uitschakelen, hendel voor Hoog/Laag in stand “N”...
  • Pagina 35: Brandstoftank

    Belangrijk: De stelmoer niet te strak aandraaien. Belangrijk: Als de parkeerrem gelost is, moeten de achterwielen vrij draaien als u de tractor duwt. Als een goede remwerking en vrij draaien niet mogelijk zijn, neemt u direct contact op met een erkende Toro-dealer.
  • Pagina 36 Onderhoud Monteer de brandstofleiding aan de brandstofkraan. Schuif de slangklem naar de brandstofkraan toe om de brandstofleiding vast te zetten (fig. 38). De brandstofkraan moet normaal gesproken open blijven, behalve bij onderhoud aan het brandstofsysteem of wanneer de tractor op een aanhanger wordt vervoerd. m–3263 Figuur 37 1.
  • Pagina 37: Brandstoffilter

    Onderhoud Brandstoffilter Toesporing van de voorwielen Onderhoudsinterval/Specificatie Onderhoudsinterval/Specificatie Vervang het brandstoffilter na elke 100 bedrijfsuren. Een correcte toesporing van de voorwielen is belangrijk voor de veiligheid, de werking van de Brandstoffilter vervangen Smart Turn stuurfunctie en het bedieningsgemak. Bij ongelijkmatige bandenslijtage, beschadiging van Aftakas uitschakelen, parkeerrem in werking de graszode of zwaar sturen kan afstelling nodig zijn.
  • Pagina 38: Toesporing Afstellen

    Onderhoud Belangrijk: Zorg ervoor dat het platte vlak aan de bovenkant van de voorste uiteinden van de stuurstangen evenwijdig is met de onderkant van de stuurarm (fig. 42). m–3421 Figuur 40 m–3583 Figuur 42 Aanzicht vanaf voorzijde tractor, uiteinde van stuurstang 1.
  • Pagina 39: Transmissie-Olie Verversen

    Onderhoud Omgeving van de peilstok schoonmaken (fig. 43), zodat er geen vuil in de vulopening kan komen, waardoor de cardanas beschadigd zou kunnen worden. m–2467 Figuur 44 1. Bedrijfsgebied 2. F-markering (FULL) Transmissie-olie verversen m–3260 Figuur 43 De transmissie-olie na de eerste 50 bedrijfsuren verversen, daarna na elke 200 uur.
  • Pagina 40 Onderhoud Nadat alle olie eruit is gelopen, de aftapplug Transmissiefilter vervangen weer aanbrengen. Onderhoudsinterval/Specificatie NB.: Oude olie bij een erkend inzamelpunt Vervang het transmissiefilter na de eerste afleveren. 50 bedrijfsuren, daarna na elke 200 uur. De transmissie-olie aftappen, zie Transmissie-olie verversen/aftappen, pagina 37. Verwijder het transmissiefilter en veeg het contactvlak van de filteraansluiting schoon (fig.
  • Pagina 41: Zekeringen

    Onderhoud Zekeringen De lamp indrukken en linksom draaien tot aanslag (ca. 1/4 slag) en verwijder de lamp uit de houder (fig. 49). Onderhoudsinterval/Specificatie De elektrische installatie is beveiligd door middel van zekeringen. Deze behoeven geen onderhoud. Als er een zekering is doorgebrand, moet het onderdeel en de bedrading op kortsluiting worden gecontroleerd.
  • Pagina 42: Achterlichten

    Onderhoud Aan de lamphouder zitten twee lippen (fig. 48). Achterlichten Houd de lippen voor de sleuven in de reflector, steek de lamphouder in de reflector en draai deze Gloeilamp: GE 194 1/4 slag rechtsom tot aanslag. Gloeilamp verwijderen Druk de stekkers op de polen van de lamphouder.
  • Pagina 43: Accu

    Onderhoud Accu Verwijder de accukap. Verwijder de cellendeksels om in de cellen te Onderhoudsinterval/Specificatie kijken. Het accuzuur moet tot aan de onderkant van de celbuis staan (fig. 52). Het zuurpeil mag Controleer het zuurpeil van de accu elke 25 uur. Houd niet tot onder de platen zakken.
  • Pagina 44: Accu Bijvullen Met Water

    Onderhoud Accu bijvullen met water Accu verwijderen Belangrijk: Gebruik uitsluitend gedestilleerd Aftakas uitschakelen, parkeerrem in werking water. stellen, hefinrichting laten zakken en de contactsleutel in de stand “STOP” draaien om de Het beste moment om de accu met water bij te vullen motor te stoppen.
  • Pagina 45 Onderhoud MOGELIJK GEVAAR De accupolen kunnen kortsluiting maken als ze tegen metalen delen van de tractor aan komen. WAT ER KAN GEBEUREN Vonken kunnen accugassen doen exploderen. GEVAARLIJKE SITUATIES VOORKOMEN Bij het verwijderen of monteren van de accu opletten dat de accupolen niet in aanraking komen met metalen delen van de tractor.
  • Pagina 46: Accu Monteren

    Onderhoud Accu monteren Accu opladen Plaats de accu op het chassis (fig. 53). Belangrijk: Zorg dat de accu altijd volledig geladen is (soortelijk gewicht 1,260). Bevestig de accukap aan het chassis met de Dit is vooral belangrijk om bevestigingsbeugels. beschadiging van de accu te voorkomen bij temperaturen Bevestig de pluskabel (rood) aan de pluspool (+) onder 0 C.
  • Pagina 47: Schema Elektrische Installatie

    Onderhoud Schema elektrische installatie...
  • Pagina 48: Schema Elektrische Installatie

    Onderhoud Schema elektrische installatie...
  • Pagina 49: Reiniging En Stalling

    Onderhoud Reiniging en stalling Neem de accu uit het chassis, controleer het zuurpeil en laad de accu volledig op, zie: Accu, pagina 41. De accukabels niet op de accupolen Aftakas uitschakelen, parkeerrem in werking aansluiten tijdens stalling. stellen en de contactsleutel in de stand “STOP” draaien om de motor te stoppen.
  • Pagina 50 Onderhoud 12. Krassen en beschadigingen van de lak bijwerken. Bijwerklak is verkrijgbaar bij de erkende Toro-dealer. 13. Machine in een schone, droge garage of opslagruimte stallen. Sleutel uit contactslot nemen en onthouden waar u die bewaart. Machine afdekken om hem te beschermen en...
  • Pagina 51: Problemen, Oorzaak En Remedie

    Zekering doorgebrand of los. Zekering vastzetten of vervangen. Relais of schakelaar defect. Neem contact op met erkende Toro-dealer. Accu is ontladen. Accu opladen of vervangen. Storing in het veiligheidssysteem. Neem contact op met erkende Toro-dealer.
  • Pagina 52 REMEDIE Motor start, maar blijft Choke of gasregelkabel niet goed Neem contact op met erkende niet lopen. et ope afgesteld of defect. Toro-dealer. Brandstoftankbeluchting verstopt. Neem contact op met erkende Toro-dealer. Vuil of water in het Brandstofsysteem aftappen en brandstofsysteem.
  • Pagina 53 REMEDIE Motor raakt oververhit. Motoroliepeil onjuist. Bijvullen of aftappen tot aan F-markering. Brandstofmengsel te mager. Neem contact op met erkende Toro-dealer. Te hoge belasting. Minder belasten, rijsnelheid verlagen. (3) luchtinlaatroosters zijn vuil. Reinigen voor elk gebruik. Koelribben en luchtkanalen onder Reinigen voor elk gebruik.
  • Pagina 54 Koelventilator en/of koelribben van Transmissie reinigen en/of transmissie zijn defect of vuil. ventilator vervangen (neem contact op met erkende Toro-dealer). Motor draait niet op maximum Zet handgas op volgas. toerental. Abnormale trillingen of Motorbevestigingsbouten zitten los Motorbevestigingsbouten lawaai.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

73541

Inhoudsopgave