Figuur 28
1. Dop van brandstoftank
2. Verwijder de dop van de brandstoftank.
3. Vul de brandstoftank tot maximaal 6 tot 13 mm
vanaf de onderkant van de vulbuis. Niet te vol
vullen. Plaats daarna de dop terug.
4. Neem gemorste brandstof op.
Het koelsysteem controleren
De inhoud van het koelsysteem is ongeveer 4,6 liter.
Zie Het radiateurscherm reinigen (bladz. 46).
1
2
Figuur 29
1. Vleugelbouten
2. Radiateurscherm
Het koelsysteem bevat een mengsel dat half uit water
en half uit permanente ethyleenglycol-antivries bestaat.
1
g014612
4
3
g01461 3
3. Reservetank
4. Radiateurvuldop
Controleer het koelvloeistofpeil elke dag vóór het
starten van de motor.
VOORZICHTIG
Als de motor heeft gelopen, kan de hete
koelvloeistof, die onder druk staat, ontsnappen
indien de radiateurdop wordt verwijderd. Dit kan
brandwonden veroorzaken.
• Verwijder de radiateurdop nooit als de motor
loopt.
• Gebruik een doek als u de radiateurdop
verwijdert en draai de dop langzaam open om
de stoom te laten ontsnappen.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Controleer het koelvloeistofpeil (Figuur 30). Het
peil moet tussen de lijnen op de reservetank staan
als de motor koud is.
1. Reservetank
3. Als het koelvloeistofpeil te laag is, verwijdert u de
dop van de reservetank en vult u het koelsysteem
bij met een oplossing die half uit water, half uit
permanente ethyleenglycol-antivries bestaat. Niet
te vol vullen.
4. Plaats de dop van de reservetank terug.
Het peil van de hydraulische
vloeistof controleren
Controleer elke dag voor gebruik het peil van de
hydraulische vloeistof via het witte plastic venster aan
de voorkant van het reservoir met hydraulische vloeistof
(achter de stoel, aan de linkerkant). De vloeistof moet
tot aan de Vol-streep in het venster. Als dit niet zo is,
vul dan vloeistof bij zoals hieronder beschreven:
27
Figuur 30