Inbedrijfname
6.2 Aanzuigen
6.3 Werking onderbreken
18
1.
Draai het persluchtventiel een halve tot driekwart slag om de
dubbelmembraanpomp te starten.
2.
Cavitatie
Wanneer bij het openen van het persluchtventiel
de slagfrequentie van de dubbelmembraanpomp
toeneemt, maar het debiet door de dubbelmem‐
braanpomp echter niet, is er cavitatie ontstaan.
Draai het persluchtventiel een beetje terug, zodat
het persluchtverbruik en de transportcapaciteit
van de dubbelmembraanpomp in optimale ver‐
houding tot elkaar staan.
Wanneer de dubbelmembraanpomp gevuld is met vloeistof,
opent u het persluchtventiel verder, zodat het vereiste pers‐
luchtdebiet ontstaat.
WAARSCHUWING!
Gevaar door een gevaarlijke stof!
Mogelijk gevolg: overlijden of zeer ernstig letsel.
Houdt u bij de omgang met gevaarlijke stoffen de
actuele veiligheidsinformatiebladen van de fabrikant
van de gevaarlijke stof bij de hand. In het veiligheidsin‐
formatieblad staan de vereiste maatregelen vermeld.
Aangezien op basis van nieuwe kennis het gevarenpo‐
tentieel van een stof op elk moment opnieuw kan
worden geëvalueerd, moet het veiligheidsinformatie‐
blad geregeld worden gecontroleerd en indien nodig
worden vervangen.
De exploitant van de installatie moet ervoor zorgen dat
er een actueel veiligheidsinformatieblad beschikbaar is
en dat de daarmee samenhangende risicobeoorde‐
lingen van de desbetreffende werkplekken worden
opgesteld.
Wanneer vloeistoffen zijn getransporteerd die de eigenschap
hebben zich af te zetten of vast te zetten, moet u na elk gebruik de
dubbelmembraanpomp doorspoelen. Daarmee voorkomt u schade
aan de dubbelmembraanpomp. Restanten van vloeistoffen die in
de dubbelmembraanpomp zijn achtergebleven kunnen uitdrogen
en afzettingen vormen. Bij het weer opstarten van de dubbelmem‐
braanpomp kan dat leiden tot problemen met de membranen en de
kogelventielen. Bij temperaturen onder 0 °C moet de dubbelmem‐
braanpomp na gebruik altijd volledig worden geleegd.