GEBRUIK EN ONDERHOUD
Ed. 11/07
Hfdst. 5.15 GEBRUIK VAN DE BLUSSER
Het personeel dat de machine gebruikt, moet geïnformeerd en geïnstrueerd zijn over de risico's die aan brand verbonden zijn en
hoe ingegrepen moet worden om de brand te blussen.
Controleer of de blusser geladen is (aanwezigheid van de verzegeling, wijzer van de manometer in de groene zone) (A Afb. 1) en
geen afwijkingen vertoont, zoals verstopte sproeistukken, lekkages, sporen van corrosie, onklaar gemaakte verbindingen, barsten
in de buigzame leidingen. Het onderhoudskaartje moet op het apparaat aanwezig en correct ingevuld zijn.
1) Instructies voor het gebruik van de blusser
Verwijder de veiligheidspen.
Neem de blusleiding vast.
Druk de bedieningshendel tot het einde toe in en richt de straal op de basis van de vlammen.
Al naar gelang het niveau van brandgevaar schrijft de heersende wetgeving (Wetsbesluit 626/94 en Ministeriële Beschikking van
10/03/1998) voor dat speciale informatie- en opleidingscursussen gegeven moeten worden.
Let op!!!
Na een ook gedeeltelijk gebruik van de blusser moet deze aan de assistentiedienst overhandigd worden. De blusser moet door
gekwalificeerd personeel afgehaald en teruggebracht worden.
2) Onderhoud van de blusser
De efficiënte werking van de blusser moet gehandhaafd worden en minstens om de 6 maanden worden gecontroleerd door
ervaren personeel, zoals bepaald wordt door artikel 34 van het Besluit van de President van de Republiek nr. 547/55.
De norm UNI 9994 definieert alle handelingen waaraan de blussers onderworpen moeten worden om zeker te zijn van de
efficiënte werking ervan.
Onderhoudsfasen:
Over het algemeen wordt een blusser aan de volgende inspecties onderworpen:
Onderhoud: om de 6 maanden
Revisie: jaarlijks
Opnieuw laden: om de 3 jaar (poederblusser)
Testen: om de 6 jaar, van de stalen tank.
Deze ingrepen moeten door gespecialiseerde bedrijven worden uitgevoerd.
De fasen van controle, revisie en testen moeten door ervaren personeel uitgevoerd worden.
De gebruiker is verantwoordelijk voor de handhaving van de efficiëntie van de blussers, ook indien een service van periodiek
onderhoud geleverd wordt door een extern gespecialiseerd bedrijf. De gebruiker moet hoe dan ook zorgen voor het voortdurend
afwikkelen van de eigen taken tijdens de fase van toezicht. Hij dient bovendien een speciaal register bij te houden waarin alle
verrichte handelingen genoteerd worden.
Brandklassen
KLASSE A:"Blussen van het branden van vaste stoffen, doorgaans van organische aard, waarbij houtskool gevormd wordt"
KLASSE B:"Blussen van het branden van vloeistoffen of vloeibaar wordende stoffen"
KLASSE C:"Blussen van het branden van gassen"
Let op!!!
De blusser kan alleen gebruikt worden voor het blussen van vuur waarvoor de blusser gehomologeerd is. Oneigenlijk gebruik
kan gevaarlijk zijn (zie de gebruikswijze en de brandklasse die op de blusser vermeld worden (B Afb. 2).
A
B
NL
Afb.1
Afb.2
38