Opmerking
U kunt het apparaat zo instellen dat het bericht Toner op wordt
genegeerd en het afdrukken doorgaat. Zie pagina 13.5.
1
Open de voorklep.
2
Verwijder de tonercassette.
3
Haal de nieuwe tonercassette uit de verpakking.
4
Verwijder de verpakkingstape en rol de cassette 5 tot 6 keer over
en weer om de toner gelijkmatig te verdelen.
Schud de cassette grondig heen en weer om er zo veel mogelijk
afdrukken uit te halen. Bewaar het verpakkingsmateriaal.
Opmerking
Krijgt u per ongeluk toner op uw kleding, veeg de toner dan
af met een droge doek en was de kleding in koud water.
Als u warm water gebruikt, hecht de toner zich aan de stof.
Opgepast
Raak de groene onderkant van de tonercassette niet aan.
Pak de cassette vast aan de handgreep, zodat u de
onderkant niet hoeft aan te raken.
5
Houd de tonercassette bij de handgreep vast en schuif de cassette
voorzichtig in de opening van het apparaat.
De nokken aan de zijkanten van de cassette en de corresponderende
groeven in het apparaat leiden de cassette in de juiste positie totdat
deze vastklikt.
6
Sluit de voorklep. Controleer of de klep goed dicht is.
De drum reinigen
Als er vlekken of vegen op uw afdrukken verschijnen, moet u mogelijk
de OPC-drum van de tonercassette reinigen.
1
Voordat u begint met de reinigingsprocedure, zorgt u ervoor dat
er afdrukpapier in het apparaat zit.
2
Druk op Menu totdat Systeeminst. verschijnt op de onderste regel
van het display en druk vervolgens op Enter.
3
Druk op de pijltoetsen tot Onderhoud verschijnt en druk vervolgens
op Enter.
4
Druk op Enter wanneer Drum reinigen verschijnt.
Het apparaat drukt een reinigingspagina af. Tonerdeeltjes op het
oppervlak van de drum hechten zich hierbij aan het papier.
Als het probleem niet verholpen is, herhaalt u stappen 1 tot en met 4.
Doorgaan met afdrukken wanneer het bericht
Toner op verschijnt
Als de tonercassette bijna leeg is, verschijnt het bericht Toner op en stopt
het apparaat met afdrukken. U kunt het apparaat zo instellen dat dit
bericht genegeerd wordt. Het afdrukken gaat in dat geval gewoon door,
ook als de afdrukkwaliteit niet langer optimaal is.
1
Druk op Menu totdat Systeeminst. verschijnt op de onderste regel
van het display en druk vervolgens op Enter.
2
Druk op de pijltoetsen tot Onderhoud verschijnt en druk vervolgens
op Enter.
3
Druk op de pijltoetsen tot Toner op neg. verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
4
Druk op de pijltoetsen tot de gewenste status verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
Als u Uit selecteert, kan het ontvangen faxbericht niet worden
afgedrukt voordat u een nieuwe tonercassette hebt geïnstalleerd.
Binnenkomende faxen worden wel opgeslagen in het geheugen,
zolang er genoeg ruimte vrij is.
5
Druk op Stoppen/Wissen om naar de stand-bymodus terug te keren.
13.5
<Onderhoud>