4
Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel
van het display en druk vervolgens op Enter.
5
Druk op de pijltoetsen tot Prior. verz. verschijnt en druk vervolgens
op Enter.
6
Voer het nummer van het ontvangende faxapparaat in.
U kunt sneltoetsen en snelkiesnummers gebruiken.
Zie pagina 10.2 voor meer informatie.
7
Druk op Enter om het nummer te bevestigen.
8
Voer de gewenste taaknaam in en druk op Enter.
Het document wordt in het geheugen opgeslagen voordat het wordt
verzonden. Op het display verschijnt de geheugencapaciteit en het
aantal pagina's die in het geheugen zijn opgeslagen.
9
Als een origineel op de glasplaat ligt, selecteert u Ja om een andere
pagina toe te voegen. Plaats een ander origineel en druk op Enter.
Zodra u klaar bent, selecteert u Nee bij de vraag Nog een pagina?
Het apparaat toont het gekozen nummer en begint de fax
te verzenden.
Faxen doorsturen
U kunt binnenkomende en uitgaande faxen doorsturen naar een ander
faxapparaat of naar een e-mailadres.
Verzonden faxen doorsturen naar een ander
faxapparaat
U kunt het apparaat zo instellen dat kopieën van alle uitgaande faxen niet
alleen naar de ingevoerde faxnummers maar ook naar een opgegeven
locatie worden verzonden.
1
Druk op Fax.
2
Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel
van het display en druk vervolgens op Enter.
3
Druk op de pijltoetsen tot Doorsturen verschijnt en druk vervolgens
op Enter.
4
Druk op Enter wanneer Fax verschijnt.
5
Druk op de pijltoetsen tot Naar ander nr. verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
6
Druk op de pijltoetsen om Aan te selecteren en druk vervolgens
op Enter.
7
Voer het nummer in van het faxapparaat waarnaar de faxen
verzonden moeten worden en druk op Enter.
8
Druk op Stoppen/Wissen om naar de stand-bymodus terug te keren.
Verzonden faxen worden vanaf nu doorgestuurd naar het opgegeven
faxapparaat.
Verzonden faxen doorsturen naar een e-mailadres
U kunt het apparaat zo instellen dat kopieën van alle uitgaande faxen niet
alleen naar de ingevoerde e-mailadressen maar ook naar een opgegeven
locatie worden verzonden.
1
Druk op Fax.
2
Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel
van het display en druk vervolgens op Enter.
3
Druk op de pijltoetsen tot Doorsturen verschijnt en druk vervolgens
op Enter.
4
Druk op de pijltoetsen tot E-mail verschijnt en druk vervolgens
op Enter.
5
Druk op de pijltoetsen tot Naar ander nr. verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
6
Druk op de pijltoetsen om Aan te selecteren en druk vervolgens
op Enter.
7
Voer uw e-mailadres in en druk op Enter.
8
Voer het e-mailadres in waarnaar de faxen verstuurd moeten worden
en druk op Enter.
9
Druk op Stoppen/Wissen om naar de stand-bymodus terug te keren.
Verzonden faxen worden vanaf nu doorgestuurd naar het opgegeven
e-mailadres.
Ontvangen faxen doorsturen naar een
ander faxapparaat
U kunt het apparaat zo instellen dat inkomende faxberichten gedurende
een bepaalde periode worden doorgestuurd naar een ander faxnummer.
Als het apparaat een faxbericht ontvangt, wordt dit bericht opgeslagen in
het geheugen. Vervolgens kiest het apparaat het faxnummer dat u hebt
opgegeven en wordt het faxbericht verzonden.
1
Druk op Fax.
2
Druk op Menu totdat Faxfunctie verschijnt op de onderste regel
van het display en druk vervolgens op Enter.
3
Druk op de pijltoetsen tot Doorsturen verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
4
Druk op Enter wanneer Fax verschijnt.
5
Druk op de pijltoetsen tot Ontv. doorst. verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
6
Druk op de pijltoetsen tot Doorsturen verschijnt en druk
vervolgens op Enter.
Selecteer Doorst.&afdr. als u wilt dat het apparaat elke
doorgestuurde fax afdrukt.
7
Voer het nummer in van het faxapparaat waarnaar de faxen
verzonden moeten worden en druk op Enter.
8
Voer de begintijd in en druk op Enter.
9
Voer de eindtijd in en druk op Enter.
10 Druk op Stoppen/Wissen om naar de stand-bymodus terug te keren.
Ontvangen faxen worden vanaf nu doorgestuurd naar het
opgegeven faxapparaat.
9.8
<Faxen>