Inhoudsopgave
Advertenties
Onderhoud en verhelpen van fouten
7.1 Onderhoud
34
Onderhoudsintervallen
Onderhoudsintervallen zijn in hoge mate afhanke‐
lijk van het doseermedium, de hydraulische
omstandigheden en van de effectieve looptijd van
de componenten. Een algemene uitspraak m.b.t.
de onderhoudsintervallen is daarom niet mogelijk.
De aanbevolen en in de gebruikershandleidingen
genoemde onderhoudsintervallen zijn gebaseerd
op jarenlange ervaringen. De onderhoudsinter‐
vallen kunnen door de heersende bedrijfsomstan‐
digheden gewijzigd zijn.
Regelmatig controles uitvoeren bij het doseersysteem. De gebrui‐
kershandleiding van de componenten opvolgen:
Lekdichtheid, zichtbare schade en corrosiesporen
n
Controleer of alle onderdelen van het doseersysteem goed
n
vastzitten
Verwijder stofafzettingen en vervuilingen
n
Controleer de doseercapaciteiten
n
Controleer de voorspandruk van de pulsatiedempers (mem‐
n
braanaccumulators) – gebruik absoluut het juiste vulmedium.
Controleer de instellingen van drukhoud- en overstortventielen,
n
vooral bij wijzigingen in de doseercapaciteit
De doseerpompen controleren en onderhouden volgens de
n
betreffende gebruikershandleiding
Controleer eventueel ingebouwde debietmeetapparaten en
n
stromingsindicaties
De slijtdelen, vooral in de pompkoppen, regelmatig vervangen.
Worden slijtdelen niet regelmatig vervangen, kan schade of meer
geluidsemissie ontstaan.
Jaarlijks moten alle armaturen op werking en lekdichtheid worden
gecontroleerd. Eventueel moet u de afdichtingen, de O-ringen, de
membranen of de gehele armaturen, etc. vervangen.
Controleer na elk onderhoud het doseersysteem op een correcte
werking en lekdichtheid.
Advertenties
Inhoudsopgave
