5
Inbedrijfstelling
5.1 Lekkages en emissies
Kwalificatie van gebruiker: geschoolde gebruiker, zie
n
stuk 2.1 „Kwalificatie van gebruiker" op pagina 19
Voorwaarden voor de inbedrijfstelling:
Alle installatie- en montagewerkzaamheden zijn
correct uitgevoerd door deskundig personeel.
De exploitant van de installatie heeft installatiespe‐
cifieke bedrijfsvoorschriften opgesteld en het
bedieningspersoneel geschoold op basis van deze
bedrijfsvoorschriften.
Indien nodig is de doseerinstallatie volgens de
nationale voorschriften en normen gekeurd, afge‐
nomen en vrijgegeven voor bedrijf.
WAARSCHUWING!
Gevaar door een gevaarlijke stof!
Mogelijk gevolg: overlijden of zeer ernstig letsel.
Houdt u bij de omgang met gevaarlijke stoffen de
actuele veiligheidsinformatiebladen van de fabri‐
kant van de gevaarlijke stof bij de hand. In het vei‐
ligheidsinformatieblad staan de vereiste maatre‐
gelen vermeld. Aangezien op basis van nieuwe
kennis het gevarenpotentieel van een stof op elk
moment opnieuw kan worden geëvalueerd, moet
het veiligheidsinformatieblad geregeld worden
gecontroleerd en indien nodig worden vervangen.
De exploitant van de installatie moet ervoor zorgen
dat er een actueel veiligheidsinformatieblad
beschikbaar is en dat de daarmee samenhan‐
gende risicobeoordelingen van de desbetreffende
werkplekken worden opgesteld.
Het van het doseersysteem uitgaande continue geluidsdrukniveau
is max. 70 ±5 dB(A) volgens DIN EN ISO 3743-1.
Inbedrijfstelling
Ä Hoofd‐
29