Instellingen voor de ingebouwde flitser kiezen
Programmakeuzewiel
De ingebouwde flitser wordt geactiveerd met automatische flitserinstellingen
(behalve in de modus
deze zonder aanpassingen flitst.
1
Selecteer [Flits instel.] in het menu
[
(Opname)].
Zie Menu's en instellingen selecteren
(Verkorte handleiding: p. 16).
2
Gebruik de knop
te selecteren en druk vervolgens op de knop MENU.
U kunt instellingen selecteren door het multifunctionele keuzewiel te draaien.
Flitserinstelling/flitsintensiteit instellen
Programmakeuzewiel
*1
*1 Wanneer [Flits instel.] is ingesteld op [Handmatig], kunt u instellingen voor de
flitsintensiteit invoeren.
*2 Alleen [Flits output] kan worden ingesteld.
Belichtingscom-
pensatie voor
de flitser
Flitsintensiteit
) maar het is mogelijk de flitser zo in te stellen dat
of
om [Automatisch] of [Handmatig]
*1
*2
Wanneer [Flits instel.] is ingesteld op [Automatisch], kunt u de instellingen
aanpassen met stappen van 1/3 in het bereik van –2EV tot +2EV.
U kunt foto's maken met de flitser en belichtingsaanpassing door ook
de functie voor belichtingscompensatie van de camera te gebruiken.
Wanneer u opnamen maakt in de modus
[Flits instel.] is ingesteld op [Handmatig], kunt u de sterkte van de flitser
in drie stappen regelen, tot en met maximaal.
of wanneer de optie
4
77