De witbalans kan niet worden ingesteld wanneer het foto-effect
is ingesteld op
Door de gebruiker geprogrammeerde witbalans instellen
In de volgende gevallen wordt de witbalans mogelijk niet juist aangepast via
(Auto). Na het vastleggen van een aangepaste witbalanswaarde met
(Custom) kunt u opnamen gaan maken.
Close-ups (Macro)
Onderwerpen opnemen met één kleur (zoals lucht, zee of bos)
Opnemen met een bepaalde lichtbron (zoals een kwiklamp)
1
Selecteer
FUNC. en selecteer
met de knop
* De huidige instelling wordt weergegeven.
U kunt instellingen selecteren door het
multifunctionele keuzewiel te draaien.
2
Richt de camera op een wit vel papier,
een witte doek of een grijs stuk
karton en druk op de knop MENU.
De witbalansgegevens worden vastgelegd.
Richt de camera zodanig dat het witte papier
of het witte doek dat als referentie wordt
gebruikt, het midden van het kader volledig
vult, en druk op de knop MENU.
U kunt direct na het selecteren van
instellingen een opname maken door op de
ontspanknop te drukken.
Na de opname wordt het menu opnieuw weergegeven zodat u de instelling
desgewenst weer kunt aanpassen.
Het wordt aanbevolen de witbalans in te stellen wanneer u opnamen
maakt in de volgende omstandigheden:
- De opnamemodus is ingesteld op
en de flitsbelichtingsaanpassing zijn ingesteld op ±0.
U kunt de witbalans mogelijk niet goed instellen als de belichting
onjuist is (het beeld is volledig zwart of wit).
(Sepia) of
* (Auto) in het menu
(Custom)
of
.
Lees verder op de volgende pagina>>
(Zwart/Wit)
(p.
72).
Berekenen Witbalans
en de belichtingscompensatie
4
71